ECLI:NL:OGEAA:2024:241
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing van verzoek om vrijwillig uit dienst te treden in het kader van de Landsverordening administratieve rechtspraak
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 27 november 2024 uitspraak gedaan over het beroep van appellante tegen de afwijzing van haar verzoek om vrijwillig uit dienst te treden. Appellante had op 13 oktober 2023 beroep ingesteld tegen de beslissing van verweerder, die op 18 augustus 2023 het bezwaar van appellante ongegrond had verklaard. De afwijzing was gebaseerd op de vrees dat het VUT-ontslag van appellante de continuïteit van de dienstverlening bij haar organisatie zou schaden. Het gerecht heeft de ontvankelijkheid van het beroep beoordeeld en geconcludeerd dat de termijnoverschrijding niet tegen appellante kan worden ingeroepen, omdat zij haar beroep tijdig heeft ingesteld na de uitreiking van de beslissing op 12 september 2023. Het gerecht heeft de toepassing van artikel 28 van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) herzien, zodat rechtzoekenden zes weken de tijd hebben om beroep in te stellen, gerekend vanaf de uitreiking van de beslissing. Inhoudelijk heeft het gerecht geoordeeld dat de afwijzing van het VUT-verzoek terecht was, omdat de omstandigheden van appellante niet voldoende waren om een uitzondering te maken op het beleid van verweerder. Het beroep is ongegrond verklaard.