ECLI:NL:OGEAA:2024:146
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning op basis van DPL-verklaring en nieuw beleid
In deze zaak heeft appellant, de Minister van Arbeid, Energie en Integratie, beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een vergunning tot tijdelijk verblijf. De aanvraag werd afgewezen op basis van het ontbreken van een positieve DPL-verklaring, die vereist was volgens het beleid dat in 2018 was geïntroduceerd. Appellant had eerder al acht vergunningen voor dezelfde functie bij dezelfde werkgever ontvangen en betoogde dat hij niet opnieuw de DPL-procedure hoefde te doorlopen. Het gerecht heeft de zaak behandeld op zittingen in 2022 en 2024, waarbij verweerder niet verscheen op de laatste zitting. Het gerecht oordeelde dat appellant, gezien zijn eerdere vergunningen en het beleid, niet opnieuw aan de arbeidsmarkttoets hoefde te voldoen. De beslissing van verweerder om het bezwaar ongegrond te verklaren werd als niet zorgvuldig en onvoldoende gemotiveerd beschouwd. Het beroep werd gegrond verklaard, de bestreden beslissing werd vernietigd, en verweerder werd opgedragen binnen drie maanden een nieuwe beslissing te nemen op het bezwaar van appellant. Tevens werd verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan appellant.