1.2Op grond van artikel 2, eerste lid, van de Lob kan een ieder de minister schriftelijk verzoeken om informatie, neergelegd in documenten.
Op grond van artikel 4, eerste lid, geeft de minister gevolg aan het verzoek door van de documenten waarop het verzoek betrekking heeft:
a. kopie te geven of de letterlijke inhoud in andere vorm te verstrekken,
b. een schriftelijke samenvatting van de inhoud te verstrekken,
c. lezing van de inhoud toe te staan, of
d. mondeling informatie omtrent de inhoud te doen verstrekken.
Op grond van het tweede lid, wordt bij het kiezen van de vorm waarin aan het verzoek gevolg wordt gegeven, rekening gehouden met de voorkeur van de verzoeker, met het belang van een vlotte voortgang van de werkzaamheden van de administratie en met de artikelen 8 en 9.
2. Bij de bestreden beschikking heeft verweerder de beschikking van 16 oktober 2021 gehandhaafd. Bij die beschikking heeft verweerder beslist tot openbaarmaking van de door appellant verzochte informatie, neergelegd in documenten, en van de inhoud daarvan aan appellant de volgende samenvatting verstrekt: “(…) worden personen die gedetineerd zijn in het detentiecentrum per dag tweemaal gelucht en wordt hen drie maaltijden verstrekt. Tevens kunnen zij elke week telefoongesprekken voeren. Ter correctie, de inbewaringgestelden worden driemaal (3x) per dag gelucht.’
3. Appellant betoogt dat de bestreden beschikking onbevoegd is gegeven, daar de ambtenaar belast met de leiding van GNC niet gemandateerd was om namens verweerder te beslissen. Daargelaten of van een mandaatgebrek sprake is, zoals appellant betoogt en verweerder weerspreekt, overweegt het gerecht dat dit betoog niet leidt tot het ermee beoogde doel, nu verweerder ter zitting te kennen heeft gegeven dat hij, voor zover nodig, de bestreden beschikking voor zijn rekening neemt.
4. Appellant betoogt voorts terecht dat de bestreden beschikking wegens strijdigheid met artikel 15 van de Lar niet in stand kan blijven. Vaststaat dat het bezwaarschrift niet in handen is gesteld van de bezwaaradviescommissie. Nu het bezwaarschrift niet nietontvankelijk is verklaard wegens één van de uitzonderinggronden vermeld in artikel 15 van de Lar, is de bestreden beschikking in strijd genomen met deze bepaling (ECLI:NL:OGHNAA:2009:BN6680). 5. Nu appellant in beroep gronden naar voren heeft gebracht en niet heeft betoogd dat en, zo ja, wat hij anders naar voren zou hebben gebracht in de bezwaarprocedure, zal het gerecht onderzoeken of in dit geval aanleiding bestaat om de rechtsgevolgen van de bestreden beschikking in stand te laten. Het gerecht beantwoord deze vraag bevestigend, en overweegt hiertoe als volgt. Op grond van artikel 4, eerste lid, aanhef en onder b, van de Lob is een van de wijzen waarop verweerder gevolg kan geven aan een verzoek om informatie het verstrekken van een schriftelijke samenvatting. Vaststaat dat verweerder bij de bestreden beschikking een samenvatting heeft gegeven van de informatie, neergelegd in documenten, waarvan appellant openbaarmaking heeft verzocht. Appellant heeft niet betoogd dat en waarom verweerder in dit geval niet heeft kunnen kiezen voor deze wijze van openbaarmaking. De enkele stelling dat openbaarmaking op grond van de Lob steeds dient te geschieden door verstrekking van de documenten, waarin de verzochte informatie is neergelegd, is daartoe onvoldoende, gelet op de keuzemogelijkheid die verweerder op grond van artikel 4, eerste lid, van de Lob wordt geboden.
6. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het beroep gegrond wordt verklaard, de bestreden beschikking wordt vernietigd, en de rechtsgevolgen van de vernietigde beschikking in stand worden gelaten.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding, nu geen sprake is van door een derde verleende rechtsbijstand.
8. Omdat het beroep gegrond is verklaard, zal het gerecht de teruggave van het gestorte griffierecht gelasten.