ECLI:NL:OGEAA:2022:448

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
8 november 2022
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
AUA202103294
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gezag, hoofdverblijf en omgang in familierechtelijke procedure

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de vader, verzoeker, een verzoek ingediend om gezamenlijk gezag te verkrijgen over zijn minderjarige kind, geboren op [geboortedatum] in Aruba. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 1:253c van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, dat de mogelijkheid biedt voor een ouder om gezamenlijk gezag aan te vragen, mits de andere ouder hiermee instemt of het verzoek in het belang van het kind wenselijk is. De procedure omvatte een eerdere beschikking van 11 januari 2022 en een rapport van de Voogdijraad van 2 september 2022, waarin werd geadviseerd om het gezamenlijk gezag toe te kennen aan de ouders en de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de vader te bepalen.

Tijdens de mondelinge behandeling op 27 september 2022, waarbij beide ouders aanwezig waren, werd het rapport van de Voogdijraad besproken. De ouders gaven aan zich te kunnen vinden in de conclusies van het rapport. Het gerecht heeft vervolgens, op basis van de ingediende stukken en het verhandelde ter zitting, besloten dat de vader en de moeder gezamenlijk het gezag over de minderjarige zullen uitoefenen. Tevens is de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de vader vastgesteld en is er een omgangsregeling tussen de moeder en de minderjarige vastgesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen. De uitspraak is gedaan door rechter W.C.E. Winfield op 8 november 2022.

Uitspraak

Beschikking van 8 november 2022
Behorend bij AUA202103294 EJ
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[verzoeker],
wonende in Aruba,
VERZOEKER, hierna de vader,
in persoon,
tegen
[verweerster],
wonende in Aruba,
VERWEERSTER, hierna de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. S.A. Kock,
Belanghebbende:
[naam minderjarige]geboren op [geboortedatum] in Aruba, de minderjarige.

1.HET VERDERE VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1
Het eerdere verloop van de procedure blijkt uit de beschikking van dit gerecht van 11 januari 2022. Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
  • het rapport van de Voogdijraad van 2 september 2022,
  • de mondelinge behandeling met gesloten deuren op 27 september 2022, in aanwezigheid van de vader in persoon en de moeder in persoon bijgestaan door haar gemachtigde. Tevens was aanwezig de raadsonderzoeker van de Voogdijraad, mevrouw [raadsonderzoeker].
1.2
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE VERDERDE BEOORDELING

2.1
Aan de orde is het verzoek van de vader om gezamenlijk met de moeder met het gezag over de minderjarigen te worden belast. Dit verzoek is gebaseerd op artikel 1:253c van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (hierna: BWA). Artikel 1:253c lid 1 BWA biedt de tot het gezag bevoegde vader, die nimmer het gezag gezamenlijk met de moeder heeft uitgeoefend, de mogelijkheid om het gerecht te verzoeken de ouders met het gezamenlijk gezag over de minderjarigen te belasten. Indien het verzoek ertoe strekt de ouders met het gezamenlijk gezag te belasten en de andere ouder met gezamenlijk gezag niet instemt, wordt het verzoek slechts afgewezen indien de rechter dit in het belang van het kind wenselijk oordeelt (lid 2).
2.2
De Voogdijraad heeft een rapport in de procedure gebracht. In bedoeld rapport adviseert de Voogdijraad om de ouders met het gezamenlijk gezag te belasten, de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de vader te bepalen. De Voogdijraad acht de voorgestelde omgangsregeling opgenomen in punt 7.3 van het rapport, het meest in belang van de minderjarigen. Partijen hebben ter zitting te kennen gegeven zich in de conclusies van het rapport te kunnen vinden.
2.3
Gelet op de stukken en het verhandelde ter zitting zal het gerecht dienovereenkomstig beslissen.

3.DE BESLISSING

Het gerecht:
bepaalt dat de vader, [verzoeker], voortaan gezamenlijk met de moeder, [verweerster], het gezag over [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Aruba, zal uitoefenen,
bepaalt de woonplaats (hoofdverblijf) van de minderjarige bij de vader,
bepaalt de omgangsregeling tussen de moeder en de minderjarige als volgt:
  • om de week van vrijdag 18:00 tot zondag 18:00,
  • om de andere week van woensdag 18:00 tot vrijdag 18:00,
Veiligheidsafspraak
- Indien tijdens omgangsmomenten van moeder, moeder zich niet mentaal/psychisch in staat voelt, zal moeder vader opbellen om de minderjarige op te halen. Ook de minderjarige kan dit verzoeken. Het omgangsmoment zal op dat moment eindigen en hervat op de eerst volgende omgangsmoment dat de moeder mentaal/psychisch in staat is.
compenseert de kosten aldus dat ieder der partijen de eigen kosten draagt,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.C.E. Winfield, rechter in dit gerecht, ter zitting van 8 november 2022 in aanwezigheid van de griffier.