ECLI:NL:OGEAA:2022:396

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
4 oktober 2022
Publicatiedatum
8 november 2022
Zaaknummer
AUA202201716
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging erkenning van vaderschap na DNA-test in Aruba

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de man, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. M.M. Malmberg, een verzoek ingediend tot vernietiging van de erkenning van zijn minderjarige kind. De man heeft op 2 mei 2022 een DNA-test laten uitvoeren, waaruit bleek dat hij niet de biologische vader is van de minderjarige, die hij eerder had erkend. De moeder, die in persoon procedeerde, betwistte de claims van de man en stelde dat hij de enige was met wie zij een relatie had en dat hij de verwekker was van de minderjarige.

De procedure omvatte een mondelinge behandeling op 23 augustus 2022, waarbij zowel de man als de moeder aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van de Voogdijraad en de ambtenaar van de Burgerlijke Stand. De Voogdijraad werd benoemd als bijzondere curator voor de minderjarige, zoals vereist door het Burgerlijk Wetboek van Aruba. De rechter oordeelde dat het verzoek van de man ontvankelijk was, aangezien het binnen de wettelijke termijn was ingediend na de ontdekking van de dwaling.

De rechter heeft besloten dat er een DNA-onderzoek moet worden uitgevoerd om vast te stellen of de man de biologische vader van de minderjarige is. De zaak is aangehouden voor overlegging van de resultaten van dit onderzoek, en de bijzondere curator zal de gelegenheid krijgen om zich uit te laten over het verzoek na ontvangst van de resultaten. De beslissing werd genomen op 4 oktober 2022 door mr. J.M.J. Keltjens, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 4 oktober 2022
Behorend bij EJ nr. AUA202201716
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[verzoeker],
wonende in Aruba,
VERZOEKER, hierna: de man,
gemachtigde: de advocaat mr. M.M. Malmberg,
tegen
[verweerster],
wonende in Aruba, [adres],
VERWEERSTER, hierna te noemen: de moeder,
procederend in persoon.
Belanghebbenden:
[naam minderjarige],de minderjarige,
DE VOOGDIJRAAD, in zijn hoedanigheid van bijzondere curator.

1.DE PROCEDURE

Het verloop de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend op 6 juni 2022;
  • het advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand, overgelegd op 19 augustus 2022;
  • de mondelinge behandeling van 23 augustus 2022, waaruit blijkt dat zijn verschenen de vader in persoon en bijgestaan door zijn gemachtigde en de moeder in persoon, de ambtenaar van de Burgerlijke Stand bij mevrouw mr. [naam jurist] en de Voogdijraad bij mevrouw mr. [naam raadsonderzoeker].
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

Uit de moeder is op [geboortedatum] in Aruba geboren [naam minderjarige] (hierna: de minderjarige). De minderjarige is op [erkenningsdatum] door de man erkend.

3.HET VERZOEK

Het - gewijzigd - verzoek van de man strekt tot vernietiging van de erkenning van de minderjarige.
Daartoe wordt het volgende aangevoerd. De man heeft op 2 mei 2022 een dna-test laten verrichten waaruit blijkt dat hij niet de biologische vader is. Hij is door dwaling bewogen tot erkenning van de minderjarige, aldus de man.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:212 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) dient in zaken van afstamming het minderjarig kind vertegenwoordigd te worden door een daartoe door het gerecht benoemde bijzondere curator. De Voogdijraad heeft zich bereid verklaard als bijzondere curator van de minderjarige op te treden, en zal als zodanig worden benoemd.
4.2
Ingevolge artikel 1:205 lid 1 sub b en c BWA kan een verzoek tot vernietiging van de erkenning, op de grond dat de erkenner niet de biologische vader van het kind is, bij het gerecht worden ingediend door de erkenner, indien hij - voor zover hier van belang - door dwaling daartoe is bewogen.
Ingevolge het derde lid wordt het verzoek, in geval van dwaling, door de erkenner niet later ingediend dan binnen een jaar nadat de verzoeker de dwaling heeft ontdekt.
4.3
De man heeft ter zitting zich beroepen op dwaling c.q. bedrog en heeft onbetwist aangevoerd dat hij de minderjarige heeft erkend in de veronderstelling dat hij de biologische vader was. Vanwege een kennis is hij echter gaan twijfelen over het biologisch vaderschap van de minderjarige. Hij heeft op 2 mei 2022 een dna-test laten verrichten en is hierdoor er achter gekomen dat hij niet de biologische vader van de minderjarige is. Het verzoek van de man is, gelet op vorenstaande, binnen de wettelijke termijn ingediend, zodat de man ontvankelijk is in zijn verzoek.
4.4
De moeder betwist dat de man niet de verwekker is van de minderjarige. Ze stelt dat ze jarenlang als familie hebben samengewoond en dat hij de enige was met wie ze een relatie had.
4.5
Voor toewijzing van het verzoek is vereist dat de man niet de verwekker is van de minderjarige. Gelet hierop zal een DNA-onderzoek verricht moeten worden om te bepalen of de man de biologische vader van de minderjarige is. Het DNA-onderzoek zal moeten worden verricht door één van de hier te lande erkende laboratoria.
4.6
De zaak zal naar een hierna te noemen zittingsdatum worden verwezen voor overlegging van de resultaten van het te verrichten DNA-onderzoek.
4.7
De bijzondere curator zal in de gelegenheid worden gesteld om zich na overlegging van de resultaten van het DNA-onderzoek uit te laten over het verzoek.
4.8
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
benoemt de Voogdijraad tot bijzondere curator van de minderjarige,
gelast een DNA-onderzoek naar de vraag met welke mate van waarschijnlijkheid de man [verzoeker], geboren op [geboortedatum] in Aruba, de biologische vader is van [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Aruba, uit de vrouw [verweerster], geboren op [geboortedatum] in Aruba,
verwijst de zaak naar de zitting van
dinsdag, 15 november 2022 om 8.30 uur, voor overlegging van de resultaten van het DNA-onderzoek zijdens partijen,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven op dinsdag 4 oktober 2022 door mr. J.M.J. Keltjens, rechter in dit gerecht, in tegenwoordigheid van de griffier.