ECLI:NL:OGEAA:2022:383
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E.B. de Haseth
- Rechtspraak.nl
Onterecht ingekort loon van onderwijzeres door het Land Aruba
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 11 oktober 2022 uitspraak gedaan in een arbeidsrechtelijke kwestie tussen een onderwijzeres en het Land Aruba. De onderwijzeres, die sinds 2011 in dienst was van het Land, had een verzoek ingediend omdat haar loon ten onrechte eenzijdig was ingekort. Het Land voerde aan dat het geen deugdelijk verweer had kunnen voeren, omdat de gemachtigde geen informatie had ontvangen van de Dienst Publieke Scholen (DPS). De onderwijzeres vorderde een bedrag van Afl. 9.032,21, vermeerderd met wettelijke rente en kosten.
Tijdens de mondelinge behandeling op 30 augustus 2022 heeft het Land geen inhoudelijk verweer gevoerd tegen de vordering van de onderwijzeres. Het beroep van het Land op rechtsverwerking faalde, omdat het niet voldoende onderbouwd was en er geen bijzondere omstandigheden waren die het beroep konden rechtvaardigen. Het Gerecht oordeelde dat de vordering van de onderwijzeres voor toewijzing in aanmerking kwam, met uitzondering van de gevorderde wettelijke verhoging, die werd gematigd tot een maximum van 15%.
De uitspraak resulteerde in een veroordeling van het Land om het gevorderde bedrag aan de onderwijzeres te betalen, inclusief de wettelijke rente en de kosten van de procedure. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte werd afgewezen.