ECLI:NL:OGEAA:2021:658
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- N.K. Engelbrecht
- Rechtspraak.nl
Verblijfvergunning en bigamie in het bestuursrecht
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om een beroep tegen de afwijzing van een verblijfsvergunning op basis van bigamie. Appellant, aangeduid als persoon B, heeft een verzoek ingediend om een vergunning tot tijdelijk verblijf bij zijn echtgenote. De Minister van Justitie, Veiligheid en Integratie heeft dit verzoek afgewezen, omdat appellant nog steeds getrouwd zou zijn met mevrouw [Y], wat blijkt uit de huwelijksakte die is ingeschreven in de registers van de Dominicaanse Republiek.
De uitspraak van het gerecht van 23 november 2020 had appellant de gelegenheid gegeven om bewijs te leveren dat zijn huwelijk met mevrouw [Y] niet rechtsgeldig was of dat het was ontbonden. Appellant heeft echter, ondanks meerdere uitstelverzoeken, geen nadere bewijsstukken ingediend. Het gerecht heeft in zijn overwegingen verwezen naar deze eerdere uitspraak en geconcludeerd dat de Minister op goede gronden het verzoek heeft afgewezen.
Het gerecht heeft vastgesteld dat de huwelijksband tussen appellant en mevrouw [Y] nog steeds bestaat, wat leidt tot de conclusie dat appellant niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning in het kader van gezinshereniging met zijn huidige echtgenote. De rechter heeft het beroep ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. N.K. Engelbrecht en is openbaar uitgesproken op 18 oktober 2021.