Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 4 oktober 2021;
- het verweerschrift;
- de e-mail van 25 oktober 2021 van [naam verzoekster], met producties ten behoeve van de mondelinge behandeling;
- de pleitnota’s van beide partijen;
- de mondelinge behandeling van 28 oktober 2021.
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
Afl. 6.994,67, te weten de Cessantia-vergoeding en het loon over de opzegtermijn van vier maanden. [naam verzoekster] heeft niet ingestemd met dit voorstel.
3.HET GESCHIL
4.DE BEOORDELING
[naam verzoekster] is in haar verzoek uitgebreid ingegaan op de ondeugdelijkheid van het ontslagverzoek. Zij voert onder meer aan dat de jaarrekeningen niet kloppen, wegens onverklaarbare onderlinge vorderingen van [X] en E&P, een onjuiste inventarislijst en een onverklaarbare toename van balansposten. Verder stelt zij in feite dat de slechte financiële situatie van Credit Care kunstmatig gecreëerd is door de kostenverdeling tussen Credit Care, E&P en Stavast. Ze wijst er verder op dat er geen noodzaak was om E&P te sluiten en dat dit voor de samenhangende incassowerkzaamheden tussen E&P en Credit Care ook van belang is voor de ontslagaanvraag van Credit Care. Ten slotte meent zij dat er nog mogelijkheden zijn voor voortzetting van de werkzaamheden van [naam verzoekster] dan wel haar herplaatsing. Credit Care heeft gemotiveerd verweer gevoerd tegen deze stellingen van [naam verzoekster] en kort gezegd aangevoerd dat sprake is van een deugdelijke ontslagaanvraag.