In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, ging het om een incident tot voeging van de Stichting Fundacion Lotta Pa Deporte (FLPD) in een civiele procedure. FLPD, vertegenwoordigd door de gemachtigden mrs. M.R.B. Gorsira en N.R.V. Soeltaansingh, verzocht om zich te voegen aan de zijde van Ernst & Young (EY), die gedaagde was in de hoofdzaak. De procedure volgde op een eerder vonnis van 12 mei 2021, waarin het verzoek van EY om FLPD in vrijwaring op te roepen was toegewezen. FLPD had zich vervolgens gesteld, maar diende nog een conclusie van antwoord te nemen.
De rechter beoordeelde het verzoek van FLPD om zich te voegen aan de zijde van EY. Volgens artikel 75 Rv heeft FLPD het recht om zich in de hoofdzaak aan de zijde van EY te voegen zonder dat daar een rechterlijk verlof voor vereist is. De rechter concludeerde echter dat FLPD bij gebrek aan belang niet in haar verzoek kon worden ontvangen, en wees het verzoek af. FLPD werd veroordeeld in de proceskosten van het incident, die aan de zijde van de verweerders op nihil werden begroot, aangezien de andere partij zich had gerefereerd aan het oordeel van de rechter en EY niet had gereageerd.
In de hoofdzaak werd vastgesteld dat FLPD zich als partij had gevoegd aan de zijde van EY, en de zaak werd verwezen naar de rolzitting van 24 november 2021, zodat FLPD als gevoegde partij een conclusie van antwoord kon nemen. Het vonnis werd uitgesproken door mr. J.J. Verhoeven op 27 oktober 2021.