ECLI:NL:OGEAA:2021:474
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om uitbetaling van cessantia, opzegtermijn, vakantiedagen en pensioengelden
In deze zaak heeft [verzoeker] een verzoek ingediend bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, waarin hij toestemming vraagt om kosteloos te procederen en SRSS te veroordelen tot betaling van cessantia, opzegtermijn, niet genoten vakantiedagen en ten onrechte ingehouden pensioenpremie. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 25 augustus 2020 werd ingediend, gevolgd door een verweerschrift op 18 mei 2021 en een mondelinge behandeling op 1 juni 2021. De feiten van de zaak zijn als volgt: [verzoeker] trad op 1 februari 2016 in dienst bij SRSS als bewaker, maar op 11 juli 2020 werd hem meegedeeld dat er geen werk meer voor hem was. In zijn verzoek stelt [verzoeker] dat er geen beëindigingsovereenkomst is gesloten en vraagt hij om betaling van verschillende vergoedingen, inclusief wettelijke rente.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat er een arbeidsovereenkomst bestaat en dat SRSS zich niet verzet tegen de betaling van cessantia en opzegtermijn. Ook de niet genoten vakantiedagen worden toegewezen, omdat SRSS zich refereert aan het oordeel van het Gerecht. Wat betreft de ingehouden pensioengelden heeft de gemachtigde van SRSS erkend dat deze niet zijn afgedragen aan de pensioenverzekeraar, waardoor ook dit verzoek wordt toegewezen. Het Gerecht verleent [verzoeker] toestemming om kosteloos te procederen op basis van het overgelegde bewijs van onvermogen. SRSS wordt veroordeeld in de proceskosten van [verzoeker]. De beschikking is gegeven door mr. J.M.J. Keltjens en werd openbaar uitgesproken op 6 juli 2021.