Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.BEOORDELING VAN HET GESCHIL
Ontvankelijkheid beroep
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
belastinggriffie@caribjustitia.org.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om een belastinggeschil tussen een op Aruba gevestigde NV en de Inspecteur der Belastingen. De belanghebbende had vorderingen op gelieerde vennootschappen zonder rente in rekening te brengen, wat leidde tot een rentebate die door de Inspecteur werd vastgesteld. De belanghebbende betwistte de hoogte van de rentevergoeding en voerde aan dat een managementvergoeding van de moedermaatschappij in Curaçao ten laste van de winst moest worden gebracht. Het Gerecht oordeelde dat de Inspecteur terecht een fictieve rentevergoeding in aanmerking had genomen, maar dat de aftrekbeperking van artikel 6 van de Landsverordening winstbelasting van toepassing was op de fictieve managementvergoeding. De uitspraak werd gedaan op 7 november 2018, waarbij de bezwaren van de belanghebbende ongegrond werden verklaard en de Inspecteur werd veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en griffierecht.