ECLI:NL:OGEAA:2018:1
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Schorsing van ambtenaar tijdens disciplinaire procedure wegens verdenking van ernstig plichtsverzuim
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan op het bezwaar van klaagster tegen de schorsing die haar was opgelegd door de Gouverneur van Aruba. De schorsing was het gevolg van een landsbesluit van 24 juli 2017, waarbij klaagster met ingang van de dag na de dagtekening in haar ambt was geschorst. Klaagster maakte bezwaar tegen deze schorsing, stellende dat er geen concrete verdenking van ernstig plichtsverzuim was, maar enkel een vermoeden. De zaak werd behandeld op 4 december 2017, waarbij klaagster werd bijgestaan door haar gemachtigde.
Het gerecht overwoog dat de schorsing was gebaseerd op artikel 87 van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht, dat het bevoegde gezag toestaat om een ambtenaar te schorsen wanneer het belang van de dienst dat vordert. Het gerecht concludeerde dat er voldoende grond was voor de schorsing, gezien de concrete verdenking van ernstig plichtsverzuim die voortkwam uit een disciplinair onderzoek naar klaagster. Dit onderzoek was gestart naar aanleiding van vermoedens van omkoping en andere strafbare feiten.
De rechter benadrukte dat de schorsing niet langer mag duren dan noodzakelijk en dat de verweerder voortvarendheid moet betrachten in het disciplinaire onderzoek. Uiteindelijk verklaarde het gerecht het bezwaar van klaagster ongegrond, zonder veroordeling in de proceskosten.