ECLI:NL:OGEAA:2017:814

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
17 oktober 2017
Publicatiedatum
18 oktober 2017
Zaaknummer
EJ nr. 1108 van 2017 / AUA201700970
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontkenning van het door het huwelijk ontstane vaderschap en verzoek om kosteloos procederen

Op 17 oktober 2017 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba een beschikking gegeven in een zaak betreffende de ontkenning van het door het huwelijk ontstane vaderschap. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. G.L. Griffith, verzocht om gegrondverklaring van de ontkenning van het vaderschap van de man, die in persoon procedeerde. De minderjarige, geboren uit het huwelijk tussen de moeder en de man, werd vertegenwoordigd door de Voogdijraad, die als bijzondere curator was benoemd. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 30 mei 2017 was ingediend, gevolgd door een advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand op 9 augustus 2017 en een mondelinge behandeling op 5 september 2017.

De feiten van de zaak tonen aan dat de moeder en de man op 14 november 2016 zijn gescheiden. De moeder verzocht om de ontkenning van het vaderschap, met de stelling dat de man niet de biologische vader van de minderjarige is. Het gerecht oordeelde dat, hoewel er geen DNA-onderzoek was overgelegd, de verklaring van de moeder en de man, in combinatie met het feit dat zij sinds 9 mei 2016 niet meer op hetzelfde adres stonden ingeschreven, voldoende bewijs vormden om te concluderen dat de man niet de biologische vader was. Het verzoek werd derhalve toegewezen.

Daarnaast verleende het gerecht de moeder toestemming om kosteloos te procederen, op basis van het overgelegde bewijs van onvermogen. De beschikking werd gegeven door rechter mr. W.C.E. Winfield, in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 17 oktober 2017
Behorend bij EJ nr. 1108 van 2017 / AUA201700970
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
[naam moeder],
wonende in Aruba,
VERZOEKSTER, hierna: de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. G.L. Griffith,
tegen
[naam man],
wonende in Aruba,
VERWEERDER, hierna te noemen: de man,
procederend in persoon.
Belanghebbenden:
[naam minderjarige], de minderjarige,
DE VOOGDIJRAAD, in zijn hoedanigheid van bijzondere curator.

1.DE PROCEDURE

Het verloop de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend op 30 mei 2017;
  • het advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand, overgelegd op 9 augustus 2017;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 5 september 2017, waaruit blijkt dat zijn verschenen de moeder bijgestaan door haar gemachtigde, de man in persoon en de Voogdijraad bij mr. Y. Maduro.
De uitspraak is terstond gedaan.

2.DE FEITEN

2.1
Uit het huwelijk tussen de moeder en de man is op [geboortedatum] in Aruba geboren [naam minderjarige] (hierna: de minderjarige).
2.2
bij beschikking van dit gerecht van 14 november 2016 (EJ-1955/16) is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken.
3.HET VERZOEK
Het verzoek strekt tot gegrondverklaring van de ontkenning van het door het huwelijk ontstane vaderschap van de man. De moeder verzoekt tevens toestemming om kosteloos te mogen procederen.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:212 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) dient in zaken van afstamming het minderjarig kind vertegenwoordigd te worden door een daartoe door het gerecht benoemde bijzondere curator. De Voogdijraad heeft zich bereid verklaard als bijzondere curator van de minderjarige op te treden.
4.2
Ingevolge artikel 1:200 leden 1 en 5 BW kan, op de grond dat de vader niet de biologische vader van het kind is, het door huwelijk ontstane vaderschap worden ontkend. Het onderhavige verzoek is binnen de wettelijke termijn ingediend, zodat de moeder ontvankelijk is in haar verzoek.
4.3
In casu is er geen resultaat van een DNA-onderzoek overgelegd. De ambtenaar van de burgerlijke stand en de bijzondere curator stellen zich op het standpunt dat voor de gegrondverklaring van de ontkenning van het vaderschap in voornoemde zaak geen DNA-onderzoek noodzakelijk is. Het gerecht is van oordeel dat, gezien de verklaring van de moeder en de man in samenhang met het feit dat de partijen sedert 9 mei 2016 niet meer op hetzelfde adres stonden ingeschreven en gezien de echtscheidingsbeschikking van dit gerecht van 14 november 2016 – waarbij het gezag over de minderjarige alleen aan de moeder is toegewezen – het genoegzaam is gebleken dat de man niet de biologische vader is van de minderjarige. Het verzoek zal derhalve worden toegewezen.
4.4
Gelet op het overgelegde bewijs van onvermogen zal aan de moeder toestemming worden verleend om kosteloos te mogen procederen.
DE BESLISSING
Het gerecht:
verleent de moeder toestemming om kosteloos te procederen,
benoemt de Voogdijraad tot bijzondere curator van de minderjarige,
verklaart gegrond de ontkenning van het door het huwelijk ontstane vaderschap van [naam man], geboren op [geboortedatum] in de Dominicaanse Republiek van [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Aruba uit [naam moeder].
Deze beschikking is gegeven op dinsdag 17 oktober 2017 door mr. W.C.E. Winfield, rechter in dit gerecht, in tegenwoordigheid van de griffier.