Uitspraak
1.[X], de moeder,
1.DE PROCEDURE
2.DE FEITEN
3.HET VERZOEK
4.DE BEOORDELING
Omgang [E] en [D]
5.DE BESLISSING
dinsdag 24 oktober 2017 om 8.30 uurvoor overlegging van bovenbedoeld rapport door de Voogdijraad,
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 12 september 2017 een beschikking gegeven met betrekking tot een verzoek om een omgangsregeling tussen de moeder, [X], en haar minderjarige kinderen [E] en [D]. De moeder heeft eerder omgang met de andere minderjarigen [A], [B] en [C], die bij hun grootmoeder verblijven. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 15 april 2015 werd ingediend. De moeder is in het verleden uit het ouderlijk gezag ontheven en de grootmoeder is benoemd tot voogdes over de minderjarigen. De Voogdijraad heeft onderzoek gedaan naar de omgangsregeling en heeft op 6 juni 2017 een rapport ingediend. Tijdens de zittingen is gebleken dat de moeder geen contact heeft met de vader van [D], wat het moeilijk maakt om afspraken te maken over de omgang. Het gerecht heeft besloten dat de moeder omgang krijgt met [E] en heeft een regeling vastgesteld die onder andere inhoudt dat de moeder elk weekend omgang heeft met [E] en de helft van de schoolvakanties. De zaak is aangehouden voor overlegging van een rapport door de Voogdijraad.