ECLI:NL:OGEAA:2017:447
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Adoptie van een minderjarige door verzoekster na advies van de Voogdijraad
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 13 juni 2017 uitspraak gedaan in een adoptieprocedure. De verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J.M.R.F. Scheper, heeft verzocht om de adoptie van een minderjarige, die door de verzoekster wordt verzorgd en opgevoed. De moeder van de minderjarige heeft geen contact met het kind en is niet bekend op een woon- of verblijfplaats. De Voogdijraad heeft in een rapport, ingediend op 6 maart 2017, geadviseerd om het verzoek tot adoptie in te willigen, waarbij werd gesteld dat de minderjarige de verzoekster als haar moeder beschouwt en dat de verzoekster in staat is om de opvoeding en verzorging van de minderjarige op zich te nemen.
Het gerecht heeft de adoptie toegewezen, omdat aan de wettelijke voorwaarden is voldaan en het in het kennelijk belang van de minderjarige is. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, maar het verzoek om dit te doen is afgewezen op basis van artikel 1:230 lid 1 BW. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De beslissing is genomen door rechter mr. W.C.E. Winfield, ter zitting in aanwezigheid van de griffier.