ECLI:NL:OGEAA:2017:332

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
24 april 2017
Publicatiedatum
10 mei 2017
Zaaknummer
AUA201700256
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.E.B. de Haseth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot goedkeuring inrichting apotheek en inschrijving apotheker

In deze zaak heeft de naamloze vennootschap MCA BOTICA EAGLE N.V. een verzoek ingediend bij de Inspecteur voor Geneesmiddelen om de inrichting van een apotheek goed te keuren. Dit verzoek werd gedaan via de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport op 11 november 2016. Aangezien er geen beslissing op dit verzoek volgde, heeft verzoekster op 23 maart 2017 bezwaar gemaakt en tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De zaak werd behandeld op 10 januari 2017, waarbij zowel verzoekster als verweerder vertegenwoordigd waren.

De rechter heeft overwogen dat de goedkeuring van de inrichting van de apotheek niet gericht is op enig publiekrechtelijk rechtsgevolg en derhalve geen beschikking in de zin van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) is. Het uitblijven van een beslissing kan dan ook niet worden aangemerkt als een beschikking. Dit betekent dat het bezwaar van verzoekster niet-ontvankelijk is, omdat het niet voldoet aan de vereisten van materiële connexiteit. De rechter heeft ook vastgesteld dat het verzoek om een voorlopige voorziening niet betrekking heeft op het in bezwaar bestreden onderwerp.

Uiteindelijk heeft de rechter het verzoek van MCA BOTICA EAGLE N.V. afgewezen, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. M.E.B. de Haseth op 24 april 2017, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Uitspraak van 24 april 2017
AUA201700256
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het verzoek in de zin van artikel 54 van de
Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) van:
de naamloze vennootschap MCA BOTICA EAGLE N.V.,
gevestigd in Aruba,
VERZOEKSTER,
gemachtigde: de advocaat mr. P.R.C. Brown,
gericht tegen:
de INSPECTEUR VOOR GENEESMIDDELEN,
zetelend in Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. I.L. Ras-Orman (DWJZ)

1.PROCESVERLOOP

Bij brief van 11 november 2016 heeft verzoekster door tussenkomst van de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport verweerder verzocht om de inrichting van een in The Cove, Unit IIIV, aan de J.E. Irausquin Boulevard 384-A te vestigen apotheek goed te keuren.
Tegen het uitblijven van een beslissing op dat verzoek heeft verzoekster bij brief van 23 maart 2017 bezwaar gemaakt.
Op 23 maart 2017 heeft verzoekster het gerecht verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Verzoekster heeft op 5 en op 8 april nadere stukken ingediend.
Verweerder heeft op 7 april nadere stukken ingediend.
Het gerecht heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 januari 2017, waar verzoekster, vertegenwoordigd door voornoemde gemachtigde, bijgestaan door R. Kan, statutair directeur, L. van der Poel, directeur, en A. Mulder, apotheker, en verweerder, vertegenwoordigd door voornoemde gemachtigde, bijgestaan door drs. R.S. Angela, Inspecteur voor Geneesmiddelen, zijn verschenen.
Uitspraak is bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Lar wordt in deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen verstaan onder beschikking: een op enig rechtsgevolg gericht schriftelijk besluit van een bestuursorgaan.
Ingevolge artikel 9, eerste lid, kan degene die door een beschikking rechtstreeks in zijn belang is getroffen, het bestuursorgaan verzoeken de beschikking in heroverweging te nemen, tenzij deze op bezwaar is genomen.
Ingevolge het tweede lid wordt het uitblijven van een beschikking binnen de bij of krachtens landsverordening gestelde termijn, of, bij gebreke van een zodanige termijn, het uitblijven van een beschikking binnen twaalf weken nadat daartoe door de belanghebbende een verzoek is ingediend, gelijkgesteld met een afwijzende beschikking.
Ingevolge artikel 54, eerste lid, kan, indien krachtens deze landsverordening een bezwaar- of beroepschrift aanhangig is, de indiener daarvan aan het gerecht verzoeken om de bestreden beschikking onderscheidenlijk beslissing op het bezwaarschrift te schorsen op grond, dat de uitvoering daarvan voor betrokkene een onevenredig nadeel met zich zou brengen in verhouding tot het door een onmiddellijke uitvoering daarvan te dienen belang.
Ingevolge het tweede lid kan, ter voorkoming van nadeel als bedoeld in het eerste lid, op het verzoek van genoemde indiener ook een voorlopige voorziening worden getroffen.
Ingevolge artikel 7, eerste lid, van de Landsverordening op de geneesmiddelenvoorziening mag hij die de hoedanigheid van apotheker bezit, van zijn bevoegdheid tot uitoefening van de artsenijbereidkunde geen gebruik maken, voordat hij op zijn verzoek door de Inspecteur in het register der apothekers die de artsenijbereidkunde uitoefenen is ingeschreven.
Ingevolge het derde lid geschiedt de inschrijving voor een apotheek gevestigd in een bepaald aangewezen perceel.
Ingevolge artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a, is de Inspecteur bevoegd de inschrijving te weigeren indien hem blijkt, dat de apotheek niet aan de eisen, bij of krachtens deze landsverordening aan apotheken gesteld, voldoet.
Ingevolge artikel 27, eerste lid, mag een lokaal aan het publiek alleen dan als apotheek kenbaar worden gemaakt, wanneer het als zodanig in gebruik is bij een apotheker en voldoet aan de voor een apotheek gestelde eisen.
Ingevolge het derde lid worden bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, nadere voorschriften gegeven betreffende de inrichting van het lokaal of de lokalen, waarin de apotheek wordt gevestigd.
Ingevolge artikel 49, eerste lid, aanhef en onder b, voor zover thans van belang, wordt met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste vijfduizend florin gestraft hij die artikel 27, eerste lid, overtreedt.
Ingevolge artikel 1, eerste lid, van het Landsbesluit inrichting apotheken dienen in een apotheek aanwezig te zijn:
a. een ruimte voor het publiek, waar recepten kunnen worden afgegeven en waar geneesmiddelen verkrijgbaar zijn;
b. een receptuurlokaal;
c. een spoel- en schoonmaakruimte;
d. een ruimte met outillage voor adequaat onderzoek van geneesmiddelen;
e. een toilet en badgelegenheid voor het personeel;
f. een slaapvertrek voor de nachtdienst;
g. een vertrek, waar de apotheker, geneeskundigen en patiënten vertrouwelijk te woord kan staan.
Ingevolge het tweede lid kan de Inspecteur toestemming verlenen, dat de onder b, c en d van het eerste lid genoemde lokalen alsook dat de onder f en g van het eerste lid genoemde lokalen met elkander worden verenigd.
Ingevolge het derde lid kan de Inspecteur ten aanzien van apotheken, welke in ziekenhuizen of poliklinieken van ondernemingen zijn ondergebracht, ontheffing verlenen van de onder a tot en met g van het eerste lid gestelde eisen.
2.2
Verzoekster verzoekt het gerecht om
“de fictieve weigering van de Inspecteur en/of de Minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport, met onmiddellijke ingang te schorsen dan wel op te heffen en vast te stellen dat verzoekster de apotheek in The Cove in Palm Beach in bedrijf mag stellen met inschrijving van de apotheker de heer Ate Mulder op die vestiging, althans dat verzoekster wordt behandeld als ware de inrichting van de apotheek in The Cove te Palm Beach goedgekeurd en de apotheker de heer Ate Mulder aldaar ingeschreven (…).”
Ten aanzien van de goedkeuring van de inrichting van de apotheek
2.3
Ter uitvoering van artikel 27, derde lid, van de Landsverordening op de geneesmiddelenvoorziening zijn in artikel 1 van het Landsbesluit inrichting apotheken nadere voorschriften gegeven omtrent de aan de inrichting van een lokaal waarin een apotheek is gevestigd te stellen eisen. In de Landsverordening op de geneesmiddelenvoorziening, het Landsbesluit inrichting apotheken noch bij enig ander wettelijk voorschrift is evenwel voorzien in een beslissing tot goedkeuring van de inrichting van een apotheek. Gelet hierop is een beslissing op een zodanig verzoek naar voorlopig oordeel niet gericht op enig publiekrechtelijk rechtsgevolg en behelst dan ook geen beschikking in de zin van de Lar. Hieruit vloeit voort dat het uitblijven van een beslissing op een zodanig verzoek evenmin kan worden aangemerkt als een beschikking, nu ingevolge artikel 9, tweede lid, van de Lar slechts het uitblijven van een beschikking wordt gelijkgesteld met een afwijzende beschikking (vergelijk de uitspraak van het gerecht van 3 april 2013, ECLI:NL:OGEAA:2013:9). Onder deze omstandigheden dient het tegen het uitblijven van een beslissing op het verzoek om goedkeuring van de inrichting van de in The Cove te vestigen apotheek gemaakte bezwaar naar voorlopig oordeel niet‑ontvankelijk te worden verklaard. Gelet hierop, bestaat in zoverre geen grond voor het treffen van enige voorlopige voorziening.
Ten aanzien van de inschrijving van de apotheker
2.4
Het bezwaar is gericht tegen het uitblijven van een beslissing op het verzoek van 11 november 2016 aan verweerder om de inrichting van de apotheek goed te keuren, derhalve niet op het uitblijven van een beslissing op een verzoek om de desbetreffende apotheker in te schrijven. Het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening, voor zover dat ziet op de inschrijving van die apotheker, heeft dan ook geen betrekking op het in bezwaar bestredene. Aldus is niet voldaan aan het vereiste van materiële connexiteit. Ook in zoverre dient het verzoek te worden afgewezen.
2.5
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
wijst het verzoek af.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.E.B. de Haseth, rechter in dit gerecht, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 april 2017, in aanwezigheid van de griffier.