ECLI:NL:OGEAA:2016:7

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
5 januari 2016
Publicatiedatum
7 januari 2016
Zaaknummer
EJ nr. 1736 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Alimentatiezaak betreffende de minderjarige X en de Voogdijraad

In de alimentatiezaak tussen de Voogdijraad, kantoorhoudend in Aruba, als verzoeker, en X, wonende in Nederland, als verweerder, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 5 januari 2016 een beschikking gegeven. De zaak betreft de minderjarige Y, geboren in Nederland in 2000, die niet erkend is door de man, X. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 11 augustus 2015 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 17 november 2015 was de verzoeker vertegenwoordigd door mr. Y. Maduro, terwijl de man niet verscheen en geen verweerschrift indiende.

Het verzoek van de Voogdijraad strekt tot het veroordelen van de man tot betaling van een maandelijkse bijdrage van Afl. 200,-, ingaande op 1 september 2015, voor de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. De man wordt als verwekker aangemerkt en is wettelijk verplicht om bij te dragen aan deze kosten. Aangezien de man niet heeft gereageerd op het verzoek, werd het verzoek toegewezen, met de bepaling dat de alimentatieverplichting een maand later ingaat dan verzocht, omdat de man geacht wordt niet eerder van het verzoek op de hoogte te zijn geweest.

De beslissing van het gerecht houdt in dat de man, X, vanaf 1 oktober 2015, maandelijks Afl. 200,- aan de Voogdijraad moet betalen voor de verzorging en opvoeding van Y. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en het anders of meer verzochte is afgewezen. Deze uitspraak is gedaan door mr. W.C.E. Winfield, rechter in dit gerecht, ter zitting van 5 januari 2016.

Uitspraak

Beschikking van 5 januari 2016
behorend bij EJ nr. 1736 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de alimentatiezaak tussen
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd,
en
X,
wonende in Nederland, [adres], [postcode] [stad],
VERWEERDER, hierna te noemen de man
.
Belanghebbenden:
Y, de minderjarige,
Z, de moeder.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 11 augustus 2015;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 17 november 2015, waaruit blijkt dat zijn verschenen de verzoeker bij mr. Y. Maduro en de moeder in persoon. De man heeft geen verweerschrift ingediend en is, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

Uit de moeder is op [datum] 2000 in Nederland geboren de thans nog minderjarige X (hierna: de minderjarige). De minderjarige is niet erkend.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot het veroordelen van de man tot betaling van een maandelijkse bijdrage van Afl. 200,- ingaande 1 september 2015 als voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. Daartoe wordt gesteld dat hij de verwekker is van de minderjarige en dat hij voldoende inkomen uit arbeid geniet.

4.DE BEOORDELING

De man heeft geen gebruik gemaakt van de aan hem geboden gelegenheid zich te verweren en dient daarom als verwekker te worden aangemerkt. De verwekker is wettelijk verplicht te voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn dochter. Het verzoek zal, gelet op het gestelde en het ontbreken van enig verweer, worden toegewezen, zij het dat de alimentatieverplichting een maand later dan verzocht ingaat, omdat de man geacht kan worden niet eerder van het verzoek te hebben kennisgenomen.
DE BESLISSING
Het gerecht:
veroordeelt X om met ingang van 1 oktober 2015, en in de toekomst telkens bij vooruitbetaling, aan de Voogdijraad te betalen een bedrag van Afl. 200,- per maand als voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding van Y, geboren op [datum] 2000 in Nederland, uit de vrouw Z,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
wijst af het anders of meer verzochte.
Aldus gegeven door mr. W.C.E. Winfield, rechter in dit gerecht, ter zitting van dinsdag 5 januari 2016 in aanwezigheid van de griffier.