ECLI:NL:OGEAA:2016:466
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke vergunningverlening voor een koffiehuis en restaurant in Aruba
In deze zaak heeft verzoekster op 18 december 2015 een aanvraag ingediend voor een koffiehuisvergunning en een restaurantvergunning B bij de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport in Aruba. Na het uitblijven van een beschikking heeft verzoekster op 25 mei 2016 bezwaar gemaakt en op 10 juni 2016 een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening ingediend. De zitting vond plaats op 20 juni 2016, waar verzoekster werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde, mr. P.A.J. van der Biezen. De minister was vertegenwoordigd door mr. J.O. Senchi.
Het gerecht heeft overwogen dat verzoekster in de gelegenheid is gesteld om opnieuw bezwaar te maken tegen het uitblijven van een beschikking, wat zij op 22 juni 2016 heeft gedaan. Het verzoek om een voorlopige voorziening is in samenhang met dit tweede bezwaar behandeld. Het gerecht heeft vastgesteld dat de minister ten tijde van het indienen van het eerste bezwaarschrift nog niet in gebreke was, waardoor dit bezwaar niet-ontvankelijk werd verklaard. Het tweede bezwaar werd echter ontvankelijk geacht.
Bij de beoordeling van het verzoek om voorlopige voorziening heeft het gerecht geconcludeerd dat er onvoldoende grond is om aan te nemen dat de vergunningen niet zullen worden geweigerd. De bezwaren van omwonenden tegen de vergunningverlening zijn niet zonder meer van tafel geveegd, en er is meer onderzoek nodig. Het verzoek om voorlopige voorziening is afgewezen, en het gerecht heeft benadrukt dat verzoekster zich opnieuw kan wenden tot het gerecht indien er nieuwe feiten of omstandigheden zijn.