ECLI:NL:OGEAA:2016:252
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Beschikking
- N.K. Engelbrecht
- Rechtspraak.nl
Verzoek om gezamenlijk gezag over minderjarigen na scheiding van ouders
In deze zaak heeft de vader verzocht om gezamenlijk gezag over zijn twee minderjarige kinderen, na een eerdere tussenbeschikking van 13 oktober 2015 waarin de Voogdijraad was verzocht om onderzoek te doen naar de sociale omstandigheden van de ouders. De Voogdijraad heeft op 11 januari 2016 een rapport ingediend, waaruit blijkt dat de communicatie tussen de ouders over de kinderen verbeterd is, maar dat er nog steeds belangrijke zaken niet worden besproken. De vader en moeder zijn het erover eens dat de relatie tussen de vader en de oudste minderjarige, Minderjarige 1, aan het verbeteren is, en dat zij bereid zijn om samen de opvoeding van de jongste minderjarige, Minderjarige 2, te structureren. De raadsonderzoeker adviseert om het eenhoofdig gezag van de moeder over Minderjarige 1 te handhaven, maar de vader gezamenlijk met de moeder te belasten met het ouderlijk gezag over Minderjarige 2.
Het gerecht heeft de zaak beoordeeld op basis van de ingediende stukken en het verhandelde ter zitting. Het oordeelt dat er onvoldoende feiten zijn die aantonen dat eenhoofdig gezag in het belang van Minderjarige 1 is. De communicatieproblemen tussen de ouders zijn niet voldoende om te concluderen dat er een onaanvaardbaar risico bestaat voor het kind bij gezamenlijk gezag. Het gerecht is van mening dat beide ouders in staat zijn om de minderjarigen naar behoren te verzorgen en op te voeden, en dat zij in staat zijn om onderlinge afspraken te maken. Daarom heeft het gerecht besloten om de vader en moeder gezamenlijk te belasten met het gezag over beide minderjarigen, en verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.