In deze beschikking van 1 december 2015, uitgesproken door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is het verzoek van de moeder en de vader tot wijziging van het gezag over hun minderjarige kinderen behandeld. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 8 juli 2015 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 20 oktober 2015 waren de verzoekers in persoon aanwezig, evenals een vertegenwoordiger van de Voogdijraad. Het minderjarigenverhoor vond plaats op 21 oktober 2015.
De feiten van de zaak zijn als volgt: uit het huwelijk van de partijen zijn twee minderjarigen geboren. Bij een eerdere beschikking van 31 januari 2011 was de echtscheiding uitgesproken en was het ouderlijk gezag gezamenlijk aan de ouders toegewezen. De moeder verzocht nu om het gezag te wijzigen, zodat zij alleen met het ouderlijk gezag over de minderjarigen zou worden belast.
De rechter oordeelde dat, op basis van artikel 1:253n van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, het gezamenlijk gezag kan worden beëindigd indien de omstandigheden zijn gewijzigd. De vader had aangegeven binnenkort naar Nederland te verhuizen, wat de uitoefening van het gezamenlijke gezag zou bemoeilijken. Gezien deze wijziging van omstandigheden, besloot de rechter dat het in het belang van de minderjarigen was dat het gezag voortaan alleen aan de moeder toekwam.
De beslissing houdt in dat het gezamenlijk gezag van de ouders over de minderjarigen wordt beëindigd en dat het gezag voortaan alleen aan de moeder toekomt. De griffier is opgedragen deze beslissing in het gezagsregister te aantekenen.