ECLI:NL:OGEAA:2015:535

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
1 december 2015
Publicatiedatum
4 december 2015
Zaaknummer
EJ nr. 100 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging van ouderlijk gezag afgewezen

Op 1 december 2015 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een zaak betreffende het verzoek tot wijziging van het ouderlijk gezag. Het verzoek werd ingediend door de vader en de moeder van de minderjarige, die beiden inmiddels meerderjarig zijn. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 22 januari 2015 werd ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 maart 2015 was de vader aanwezig, terwijl de moeder en de voogdes niet verschenen. Op 20 oktober 2015 was de moeder en de voogdes wel aanwezig, maar de vader was niet verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping.

De feiten van de zaak zijn als volgt: de minderjarige is geboren uit de moeder, die samen met de vader destijds minderjarig was en daardoor niet bevoegd om het gezag uit te oefenen. Bij beschikking van 8 januari 2009 werd een voogdes benoemd. Het verzoek van de vader strekte tot wijziging van deze beschikking, zodat hij met het ouderlijk gezag zou worden belast.

Tijdens de zitting gaven de moeder en de voogdes aan niet meer achter het verzoek te staan en de bestaande situatie te willen handhaven. Het Gerecht oordeelde dat het in het belang van de minderjarige niet wenselijk was om het gezag te wijzigen. De bevindingen van de Voogdijraad, die aangaven dat de minderjarige goed wordt verzorgd door de voogdes en dat de vader zich nauwelijks om de minderjarige heeft bekommerd, waren doorslaggevend. Het verzoek werd dan ook afgewezen.

De beschikking werd gegeven door rechter mr. W.C.E. Winfield in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 1 december 2015
behorend bij EJ nr. 100 van 2015.
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[naam vader]en[naam moeder],
wonende in Aruba,
VERZOEKERS, hierna ook aan te duiden als de vader, respectievelijk de moeder,
procederend in persoon,
Belanghebbenden:
[naam], de voogdes,
[naam], de minderjarige.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 22 januari 2015;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling achter gesloten deuren op
  • 10 maart 2015, waaruit blijkt dat de vader in persoon is verschenen, alsmede de vertegenwoordiger van de Voogdijraad; de moeder en de voogdes zijn niet verschenen.
  • het rapport van de Voogdijraad van 17 augustus 2015;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling achter gesloten deuren op
20 oktober 2015, waaruit blijkt dat de moeder en voogdes in persoon zijn verschenen; Namens de Voogdijraad is aanwezig mevrouw [naam] en mevrouw [naam]. De vader is, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
De uitspraak is .

2.DE FEITEN

Op [geboortedatum] is uit de moeder geboren [naam]. De vader heeft de minderjarige erkend. Aangezien de moeder en de vader toentertijd minderjarig waren en daardoor onbevoegd waren het gezag uit te oefenen, is bij beschikking van dit gerecht van 8 januari 2009 (EJ nr. 4104 van 2008) [naam] benoemd tot voogdes over de minderjarige.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot wijziging van de beschikking van 8 januari 2009, in dier voege dat de vader met het ouderlijk gezag wordt belast.

4.DE BEOORDELING

4.1
De moeder en de vader zijn inmiddels meerderjarig, zodat zij bevoegd zijn het ouderlijk gezag uit te oefenen. Ter zitting hebben de moeder en de voogdes te kennen gegeven inmiddels niet meer achter het – mede door hen ondertekende – verzoek te staan en de bestaande situatie te willen handhaven.
4.2
Gezien het rapport van de Voogdijraad van 17 augustus 2015 acht het gerecht het niet in het belang van de minderjarige om wijziging te brengen in het over hem uit te oefenen gezag. Het gerecht hecht daarbij doorslaggevende betekenis aan de bevindingen van de Voogdijraad, inhoudende dat de minderjarige sedert zijn geboorte naar behoren door de voogdes wordt verzorgd en zich daar veilig voelt, de vader zich kort na de geboorte in Frankrijk heeft gevestigd en zich nadien nauwelijks om de minderjarige heeft bekommerd, en dat de vader onvoldoende duidelijkheid heeft weten te verschaffen over zijn woonsituatie in Frankrijk en zijn motieven om de minderjarige voortaan bij hem in Frankrijk op te voeden.
4.3
Dit betekent dat het verzoek dient te worden afgewezen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven op 1 december 2015 door de rechter mr. W.C.E. Winfield in tegenwoordigheid van de griffier.