ECLI:NL:OGEAA:2015:481

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
3 november 2015
Publicatiedatum
10 november 2015
Zaaknummer
EJ nr. 1258 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontheffing van het ouderlijk gezag over een minderjarige en benoeming van een voogd

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 3 november 2015 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontheffing van het ouderlijk gezag van de moeder over haar minderjarige kind, Y, geboren in 2001. De moeder was eerder belast met het ouderlijk gezag, maar door eerdere beschikkingen was zij al geschorst uit dit gezag. De Voogdijraad heeft het verzoek ingediend, waarbij zij stelde dat de moeder ongeschikt en onmachtig was om haar zorg- en opvoedingsplicht te vervullen. Tijdens de mondelinge behandeling op 22 september 2015 heeft de moeder aanvankelijk verzet aangetekend tegen de ontheffing, maar later aangegeven in te stemmen met de maatregel en de benoeming van Fundacion Guia Mi als voogd.

Het gerecht heeft de feiten en omstandigheden in overweging genomen, waaronder het rapport van de Voogdijraad van 4 juni 2015, en heeft geoordeeld dat het in het belang van de minderjarige is om de ontheffing uit het ouderlijk gezag uit te spreken. De Fundacion Guia Mi is bereid de voogdij op zich te nemen, en er zijn geen bezwaren tegen deze benoeming. De beslissing van het gerecht houdt in dat de moeder wordt ontheven uit het ouderlijk gezag en dat de voogdij wordt opgedragen aan Fundacion Guia Mi, met de verklaring dat deze beschikking uitvoerbaar is bij voorraad.

Uitspraak

Beschikking van 3 november 2015
Behorend bij EJ nr. 1258 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van:
DE VOOGDIJRAAD,
kantoorhoudend in Aruba,
VERZOEKER,
vertegenwoordigd.
Belanghebbenden:
X,de moeder,
Y,de minderjarige.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ingediend op 9 juni 2015;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 25 augustus 2015, waaruit blijkt dat zijn verschenen de moeder in persoon. Namens de Voogdijraad zijn verschenen mevrouw J. Brown en mevrouw A. Flanders en namens Fundacion Guia Mi, mevrouw M. Tromp-van der Biezen;
  • de overgelegde stukken zijdens de Voogdijraad, ingediend op 8 september 2015;
  • de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 22 september 2015, waaruit blijkt dat zijn verschenen de moeder in persoon. Namens de Voogdijraad zijn verschenen mevrouw J. Brown en mevrouw A. Flanders en namens Fundacion Guia Mi, mevrouw M. Tromp-van der Biezen.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Uit de moeder is op [datum] 2001 in Aruba geboren Y (hierna: de minderjarige). De minderjarige is niet erkend.
2.2
Bij beschikking van dit gerecht van 12 april 2007 (EJ 742/07) is de moeder belast met het ouderlijk gezag over de minderjarige.
2.3
Bij beschikkingen van dit gerecht van 4 september 2012 (EJ 1943/12 en 2046/12), 22 oktober 2013 (EJ 3616) en van 18 november 2014(EJ 2261/14) is de voorlopige toevertrouwing van de minderjarige aan de Voogdijraad bekrachtigd en is de moeder gedurende deze toevertrouwing uit het gezag geschorst. Enige andere kinderbeschermingsmaatregel is met betrekking tot de minderjarige niet getroffen.

3.HET VERZOEK

Het verzoek strekt tot ontheffing van de moeder uit het ouderlijk gezag over de minderjarige met benoeming van Fundacion Guia Mi tot voogd.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:266 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (hierna: BWA) kan de rechter - op verzoek van de Voogdijraad - een ouder van het gezag over een of meer van zijn kinderen ontheffen, op grond dat hij ongeschikt of onmachtig is zijn plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen, mits het belang van het kind zich daar niet tegen verzet.
Ingevolge artikel 1:268 lid 2 BWA kan een ontheffing niet worden uitgesproken indien de ouder zich daartegen verzet, tenzij zich één van de in dit artikellid genoemde uitzonderingen voordoet. Het bestaan van een dergelijke uitzondering is niet gebleken.
4.2
Tijdens de mondelinge behandeling van het verzoek van 22 september 2015 heeft de moeder, nadat zij zich aanvankelijk had verzet tegen de ontheffing, te kennen gegeven alsnog te kunnen instemmen met de verzochte maatregel en de benoeming van Fundacion Guia Mi tot voogd. Gelet hierop verzet artikel 1:268 BWA zich thans niet langer tegen toewijzing van het verzoek.
4.3
Het gerecht is gelet op de bevindingen, neergelegd in het rapport van de Voogdijraad van 4 juni 2015, van oordeel dat de moeder ongeschikt en onmachtig is om haar plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen. Het gerecht acht het in het belang van de minderjarige dat de ontheffing wordt uitgesproken.
4.4
In het gezag over de minderjarige dient dan te worden voorzien. De Fundacion Guia Mi is bereid de voogdij over de minderjarige te aanvaarden. Nu overigens niet is gebleken van bezwaren hiertegen, zal het gerecht het verzoek van de Voogdijraad om genoemde rechtspersoon tot voogd op te dragen, toewijzen.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
ontheft de moeder X uit het ouderlijk gezag over Y, geboren op [datum] 2001 in Aruba,
draagt aan de Fundacion Guia Mi de voogdij op over de minderjarige voornoemd,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven op 3 november 2015 door de rechter mr. W.C.E. Winfield in tegenwoordigheid van de griffier.