ECLI:NL:OGEAA:2013:19
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om ontheffing van de verzekeringsplicht op Aruba voor gepensioneerden met een Nederlandse ziektekostenverzekering
In deze Arubaanse zaak verzoekt appellant, een gepensioneerde die samen met zijn vrouw in Nederland verzekerd is, om ontheffing van de verzekeringsplicht op Aruba. Het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba behandelt het beroep dat appellant heeft ingesteld tegen de afwijzing van zijn verzoek door het uitvoeringsorgaan van de algemene ziektekostenverzekering. De afwijzing is gebaseerd op de Landsverordening algemene ziektekostenverzekering (LvAZV), die geen grondslag biedt voor de gewenste ontheffing. Appellant en zijn echtgenote zijn sinds 2003 woonachtig in Aruba en hebben op basis van de Landsverordening toelating en uitzetting (Ltu) recht op verblijf. Ze zijn verzekerd via een vrijwillige verzekering in Nederland, maar het Gerecht oordeelt dat deze verzekering niet voldoet aan de voorwaarden voor ontheffing van de verzekeringsplicht.
Het Gerecht overweegt dat de LvAZV geen wettelijke basis biedt voor de ontheffing die appellant wenst. De door appellant aangevoerde argumenten, waaronder het gelijkheidsbeginsel, worden niet gehonoreerd. Appellant stelt dat verweerder ongelijk handelt door onderscheid te maken tussen gepensioneerden die als rentenier zijn toegelaten en andere groepen. Het Gerecht concludeert dat, hoewel er mogelijk sprake is van ongerechtvaardigd onderscheid, het niet de taak van de rechter is om in te grijpen in het beleid dat nog niet is gewijzigd. De rechter benadrukt dat de keuze voor een eventuele wijziging in de wetgeving in de politieke arena moet worden gemaakt.
Uiteindelijk verklaart het Gerecht het beroep ongegrond, omdat geen van de beroepsgronden van appellant slaagt. De uitspraak wordt gedaan door mr. W.C.E. Winfield op 12 juni 2013, en er zijn geen termen voor een proceskostenveroordeling.