ECLI:NL:OGEAA:2013:12
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen fictieve afwijzing van subsidieaanvraag door de Minister van Justitie en Onderwijs
In deze Arubaanse zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om een beroep van de Stichting Middelbaar Onderwijs Aruba (SMOA) tegen een fictieve afwijzing van een bezwaarschrift. De zaak is ontstaan na een brief van de waarnemend directeur van de Directie Onderwijs, waarin werd meegedeeld dat extra taakuren voor schoolleiders per direct stopgezet werden. De appellante, SMOA, heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar er was nog geen reële beslissing genomen op het bezwaarschrift ten tijde van de behandeling van de zaak. De zitting vond plaats op 6 mei 2013, waarbij de verweerder, de Minister van Justitie en Onderwijs, niet aanwezig was.
De rechter heeft overwogen dat de brief van de waarnemend directeur kan worden aangemerkt als een beschikking in de zin van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar). De brief bevatte een besluit dat gericht was op publiekrechtelijk rechtsgevolg, waardoor het bezwaar ontvankelijk was. De rechter concludeerde dat de verweerder in verzuim was geraakt door niet tijdig op het bezwaarschrift te beslissen, wat leidde tot de conclusie dat de ongemotiveerde fictieve weigering niet in stand kon blijven.
De uitspraak, gedaan op 19 juni 2013, verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de fictieve afwijzing en droeg de verweerder op binnen drie maanden een reële beslissing te nemen op het bezwaar van appellante. Tevens werd de verweerder veroordeeld tot betaling van de kosten van rechtskundige bijstand, begroot op Afl. 1.000,-, en de teruggave van het griffiegeld van Afl. 25,- werd gelast.