ECLI:NL:OGAACMB:2017:97
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van het Gerecht in Ambtenarenzaken inzake bezwaar van ambtenaar tegen ministeriële beslissing
In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 18 september 2017 uitspraak gedaan over een bezwaar van een ambtenaar, klager, tegen de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport. Klager, vertegenwoordigd door mr. E. Duijneveld, had bezwaar gemaakt tegen het uitblijven van een beslissing op zijn verzoeken met betrekking tot zijn inschaling en eventuele restituties. De minister, vertegenwoordigd door mr. C.P. Wever, had op 20 januari 2017 een contramemorie ingediend. De zitting vond plaats op 26 juni 2017, waar beide partijen aanwezig waren.
Het Gerecht overwoog dat klager ambtenaar in vaste dienst was bij het Bureau Ondersteuning Verslavingszorg en dat hij per 1 januari 2013 benoemd was tot Algemeen Directeur van de stichting Fundacion pa Maneho di Adiccion Aruba. Klager had de keuze gekregen om ontslag te nemen of ter beschikking te worden gesteld aan de stichting, waarbij hij voor de laatste optie had gekozen. Klager verzocht om het verschil in bezoldiging tussen zijn functie als ambtenaar en die van directeur van de stichting vergoed te krijgen.
Het Gerecht oordeelde dat het verzoek van klager niet betrekking had op zijn bezoldiging als ambtenaar, maar op een aanvulling op zijn bezoldiging via subsidie aan de stichting. Hierdoor was het Gerecht onbevoegd om van het bezwaar kennis te nemen, aangezien het verzoek niet vatbaar was voor bezwaar onder de Landsverordening ambtenarenrechtspraak. De rechter verklaarde zich dan ook onbevoegd en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.