ECLI:NL:OGAACMB:2017:88
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een bezwaar tegen de afwijzing van een verzoek om versnelde bevordering van een ambtenaar
In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 11 september 2017 uitspraak gedaan over het bezwaar van een klager tegen de afwijzing van zijn verzoek om versnelde bevordering naar schaal 12. Klager, die als waarnemer was benoemd voor de leidinggevende functie van de betrokken afdeling, had eerder een verzoek ingediend om bevorderd te worden naar schaal 12, maar dit verzoek werd door de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport afgewezen. Klager stelde dat hij in aanmerking kwam voor bevordering op basis van het beleid inzake versnelde bevordering, maar het gerecht oordeelde dat hij geen aanspraak kon maken op dit beleid omdat hij slechts als waarnemer was benoemd en niet in een leidinggevende functie. Het gerecht benadrukte dat het beleid inzake versnelde bevordering een buitenwettelijke mogelijkheid biedt, die door de rechter slechts uiterst terughoudend kan worden getoetst. De rechter kan alleen toetsen of het beleid op consistente en redelijke wijze is toegepast. Aangezien klager niet voldeed aan de voorwaarden van het beleid, werd zijn bezwaar ongegrond verklaard.
De uitspraak benadrukt de rol van de Gouverneur als bevoegde autoriteit voor beslissingen over ambtenarenbevelingen en de beperkte mogelijkheden voor de rechter om buitenwettelijk beleid te toetsen. Klager had ook betoogd dat hij in aanmerking kwam voor bevordering op basis van bijzondere bekwaamheid, maar het gerecht oordeelde dat de door hem aangevoerde feiten niet voldoende waren om de gevraagde bevordering te rechtvaardigen. De uitspraak bevestigt dat de rechterlijke toetsing van ambtenarenrechtelijke beslissingen beperkt is en dat de toepassing van het beleid door de bevoegde autoriteit moet worden gerespecteerd.