ECLI:NL:OGAACMB:2016:4
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een verzoek om bevordering in de ambtenarensfeer met betrekking tot functiewaardering en rechtszekerheid
In deze zaak heeft klager op 28 januari 2014 een verzoek ingediend om bevordering naar schaal 7 met terugwerkende kracht naar 1 januari 2009 en naar schaal 8 met ingang van 1 januari 2013. Dit verzoek werd door de minister van Volksgezondheid, Ouderenzorg en Sport afgewezen bij beschikking van 31 maart 2015. Klager heeft hiertegen bezwaar gemaakt, dat op 31 augustus 2015 ter zitting is behandeld. Het gerecht heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift tijdig is ingediend, omdat klager de beschikking pas op 17 april 2015 heeft ontvangen. Het gerecht heeft vervolgens de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de functiewaardering van klager als magazijnbeheerder, die maximaal op schaal 6 is vastgesteld. Klager heeft niet aangetoond dat er nieuwe feiten of omstandigheden zijn die aanleiding geven om van de eerdere beslissing terug te komen. Het gerecht heeft geoordeeld dat de minister terecht heeft besloten om het verzoek om bevordering niet in te willigen, omdat klager de juistheid van de functiewaardering niet heeft bestreden. Het beroep van klager op het gelijkheidsbeginsel werd niet gehonoreerd, omdat de functie van de collega waar hij naar verwees wezenlijk anders was. De rechter heeft het bezwaar van klager ongegrond verklaard.