ECLI:NL:OGAACMB:2015:45

Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
30 november 2015
Publicatiedatum
18 december 2015
Zaaknummer
Gaza nr. 836 van 2015
Instantie
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen het uitblijven van een beschikking op verzoek tot bevordering in ambtenarenrechtspraak

In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba uitspraak gedaan op het bezwaar van klager A, die procedeerde in persoon tegen de Minister van Financiën en Overheidsorganisatie. Klager had eerder, op 30 januari 2014, verzocht om bevordering naar schaal 13, maar het gerecht had op 5 januari 2015 geoordeeld dat de minister binnen drie maanden op dit verzoek moest beslissen. Aangezien de minister geen tijdige beschikking had gegeven, diende klager op 22 april 2015 een bezwaarschrift in op basis van artikel 96 van de Landsverordening ambtenarenrechtspraak (La). De minister heeft op 13 augustus 2015 een contramemorie ingediend, en het bezwaar werd behandeld op de zitting van 24 augustus 2015.

De rechter overwoog dat artikel 96 van de La de ambtenaar de bevoegdheid geeft om een bezwaarschrift in te dienen wanneer niet of niet volledig gevolg wordt gegeven aan een rechterlijke beslissing. De minister had op 11 augustus 2015 het verzoek van klager afgewezen, maar klager stelde dat deze beslissing te laat was genomen, wat hem schade had berokkend. De rechter concludeerde dat de minister, hoewel te laat, uitvoering had gegeven aan de eerdere uitspraak. Volgens de jurisprudentie biedt artikel 96 van de La geen grondslag voor het opleggen van schadevergoeding bij te late uitvoering. Daarom werd het bezwaar ongegrond verklaard.

De uitspraak werd gedaan door mw. mr. N.K. Engelbrecht en is uitgesproken op 30 november 2015. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken, dat binnen 30 dagen na de uitspraak moet worden ingesteld.

Uitspraak

Uitspraak van 30 november 2015
Gaza nr. 836 van 2015
HET GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het bezwaar van:
A,
wonende te Aruba,
KLAGER,
Procederend in persoon,
tegen:
DE MINISTER VAN FINANCIËN EN OVERHEIDSORGANIATIE,
zetelende te Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. V.M. Emerencia (DWJZ).

1.PROCESVERLOOP

1.1
Bij uitspraak van 5 januari 2015, GAZA nr. 1981 van 2014, heeft het gerecht het bezwaar gericht tegen het uitblijven van een beschikking op het verzoek van klager van 30 januari 2014, om hem met ingang van 1 februari 2009 te bevorderen naar schaal 13, gegrond verklaard en bepaald dat verweerder binnen drie maanden na deze uitspraak schriftelijk op dat verzoek moet beschikken.
1.2
Op 22 april 2015 heeft klager een bezwaarschrift ex artikel 96 van de Landsverordening ambtenarenrechtspraak (hierna: La) ingediend, omdat verweerder geen gevolg hebben gegeven aan voornoemde uitspraak.
1.3
Verweerder heeft op 13 augustus 2015 een contramemorie overgelegd.
1.4
Het bezwaar is behandeld ter zitting van 24 augustus 2015, alwaar zijn verschenen klager in persoon en verweerder bij zijn gemachtigde voornoemd.
1.5
Hierna is uitspraak nader bepaald op heden.

2.OVERWEGINGEN

2.1
Ingevolge het eerste lid van artikel 96 van de La is de ambtenaar bevoegd een bezwaarschrift bij het gerecht in te dienen, indien aan een bij onherroepelijk geworden rechterlijke beslissing opgelegde veroordeling niet of niet volledig gevolg wordt gegeven. Ingevolge het derde lid van dit artikel veroordeelt het gerecht, indien het bezwaar gegrond wordt bevonden, het betrokken lichaam tot vergoeding en stelt het met inachtneming van alle omstandigheden het bedrag der schadevergoeding vast.
2.2
Uit de door verweerder bij zijn contramemorie overgelegde stukken, blijkt dat verweerder op 11 augustus 2015 het verzoek van klager van 30 januari 2015, schriftelijk heeft afgewezen.
2.3
Klager heeft zich op het standpunt gesteld dat de beslissing van 11 augustus 2015 te laat is genomen en dat hij schade heeft geleden, bestaande uit het verschil tussen zijn bezoldiging (schaal 12) en de verzochte bezoldiging (schaal 13).
2.4
Met zijn beslissing van 11 augustus 2015 heeft verweerder, weliswaar na verloop van de in de uitspraak genoemde termijn, uitvoering gegeven aan de uitspraak van 5 januari 2015. Volgens vaste jurisprudentie van de Raad biedt artikel 96 van de La slechts grondslag voor de bevoegdheid om bij het niet uitvoeren van een uitspraak schadevergoeding vast te stellen met terzijdestelling van de uitspraak. Dit artikel geeft de rechter niet de bevoegdheid om bij te late uitvoering van de uitspraak een schadevergoeding op te leggen of een als vooraf bepaalde schadevergoeding aan te merken dwangsom, om uitvoering af te dwingen (zie RvBAz d.d. 21 oktober 2008, ECLI:NL:ORBANAA:2008:BK2991).Gelet hierop dient het bezwaar derhalve ongegrond te worden verklaard.

3.BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart het bezwaar ongegrond.
Deze uitspraak is gegeven door mw. mr. N.K. Engelbrecht, rechter in ambtenarenzaken te Aruba en uitgesproken ter openbare terechtzitting van maandag 30 november 2015, in tegenwoordigheid van de griffier
Op grond van artikel 134 Landsverordening ambtenarenrechtspraak staat tegen deze uitspraak hoger beroep open bij de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken. Hoger beroep dient te worden ingesteld binnen 30 dagen na de dag van deze uitspraak.