ECLI:NL:HR:2025:565

Hoge Raad

Datum uitspraak
15 april 2025
Publicatiedatum
11 april 2025
Zaaknummer
23/01061
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid cassatieberoep na afstand in cassatiefase betreffende beslag op hesjes van motorclub

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep dat is ingesteld door de klager, die in verband met een beslag op hesjes van een motorclub betrokken is. De klager is geboren in 1966 en heeft een klaagschrift ingediend tegen een beschikking van de rechtbank Midden-Nederland van 13 maart 2023. De advocaat J.J.J. van Rijsbergen heeft namens de klager cassatiemiddelen voorgesteld. De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de klager in het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft op 15 april 2025 geoordeeld dat het cassatieberoep van de klager niet in behandeling kan worden genomen. Dit is gebaseerd op de conclusie van de advocaat-generaal, waarin wordt gesteld dat de klager geen belang meer heeft bij het cassatieberoep, omdat hij heeft verklaard eigenaar te zijn van de inbeslaggenomen hesjes en onvoorwaardelijk afstand heeft gedaan van deze hesjes. De Hoge Raad heeft het beroep dan ook niet-ontvankelijk verklaard.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer23/01061 B
Datum15 april 2025
BESCHIKKING
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de rechtbank Midden-Nederland van 13 maart 2023, nummer RK 22/022910, op een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend
door
[klager] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1966,
hierna: de klager.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klager. Namens deze heeft de advocaat J.J.J. van Rijsbergen bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld.
De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de klager in het cassatieberoep.

2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep

De Hoge Raad kan het cassatieberoep van de klager niet in behandeling nemen. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren C. Caminada en T.B. Trotman, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
15 april 2025.