ECLI:NL:HR:2025:1734

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 november 2025
Publicatiedatum
20 november 2025
Zaaknummer
25/00081
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over hoofdverblijfplaats kind en vervangende toestemming voor verhuizing naar New York

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 november 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was aangespannen door de moeder van een kind. De moeder, wonende in de Verenigde Staten, verzocht om vervangende toestemming om met haar kind naar New York te verhuizen. De vader, die in Nederland woont, heeft hiertegen verweer gevoerd. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de rechtbank Gelderland en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waar de moeder eerder in het ongelijk was gesteld. De advocaat-generaal L.M. Coenraad heeft in zijn conclusie geadviseerd het cassatieberoep van de moeder te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten van de moeder beoordeeld, maar deze niet gegrond bevonden. De Hoge Raad heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken en heeft het beroep van de moeder verworpen. De uitspraak is gedaan door de raadsheren H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide en S.J. Schaafsma, waarbij A.E.B. ter Heide de uitspraak in het openbaar heeft gedaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer25/00081
Datum21 november 2025
BESCHIKKING
In de zaak van
[de moeder] ,
wonende te [woonplaats], Verenigde Staten van Amerika,
VERZOEKSTER tot cassatie,
hierna: de moeder,
advocaat: J.H.M. van Swaaij,
tegen
[de vader],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de vader,
advocaat: C.G.A. van Stratum.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de beschikking in de zaak C/05/427003/FA RK 23-3453 van de rechtbank Gelderland van 26 januari 2024;
b. de beschikking in de zaak 200.339.451/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 10 oktober 2024.
De moeder heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.
De vader heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor de moeder toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L.M. Coenraad strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van de moeder heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd. De Hoge Raad zal geen acht slaan op de bij die reactie gevoegde bijlage.

2.Beoordeling van het middel

2.1
De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
2.2
De Hoge Raad ziet geen aanleiding een proceskostenveroordeling uit te spreken.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren H.M. Wattendorff, als voorzitter, A.E.B. ter Heide en S.J. Schaafsma, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op
21 november 2025.