ECLI:NL:HR:2025:1461

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 oktober 2025
Publicatiedatum
2 oktober 2025
Zaaknummer
24/04521
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie van Bertona Holdings Limited tegen TAF Asset 11 B.V. inzake ondernemingsrecht en enquêterecht

In deze zaak heeft Bertona Holdings Limited, gevestigd te Limassol, Cyprus, cassatie ingesteld tegen de beschikking van het gerechtshof Amsterdam van 12 september 2024. De Hoge Raad heeft de klachten van Bertona over deze beschikking beoordeeld. De zaak betreft een geschil in het kader van het ondernemingsrecht en enquêterecht, waarbij de Hoge Raad zich heeft gebogen over de vraag of er sprake was van strijd met het beginsel van hoor en wederhoor en de gelijkheid van wapens, zoals vastgelegd in de relevante wetgeving en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.

De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de klachten van Bertona niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking van het hof. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven voor dit oordeel, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht. De conclusie van de Advocaat-Generaal B.F. Assink strekte tot verwerping van het cassatieberoep, wat uiteindelijk ook is gebeurd.

De Hoge Raad heeft Bertona in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, met een specificatie van de kosten aan de zijde van TAF en de andere verweerders. De uitspraak is openbaar gedaan op 3 oktober 2025, waarbij de betrokken raadsheren de beschikking hebben gegeven en de uitspraak is gedaan door raadsheer A.E.B. ter Heide.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer24/04521
Datum3 oktober 2025
BESCHIKKING
In de zaak van
BERTONA HOLDINGS LIMITED,
gevestigd te Limassol, Cyprus,
VERZOEKSTER tot cassatie,
hierna: Bertona,
advocaten: B.I. Kraaipoel en T.E. Booms,
tegen
1. TAF ASSET 11 B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: TAF,
advocaat: M.H. Visscher,
2. [verweerder 2] ,
wonende te [plaats] , Litouwen,
3. [verweerder 3] ,
wonende te [plaats] ,
4. [verweerder 4] ,
wonende te [plaats] ,
5. [verweerder 5] ,
wonende [plaats] , Polen,
6. AVERLINE HOLDINGS LIMITED,
gevestigd te Larnaca, Cyprus,
7. MIGLIONE HOLDINGS LIMITED,
gevestigd Limassol, Cyprus,
8. [verweerder 8] ,
wonende te [plaats] , Verenigd Koninkrijk,
9. ATTEXO OÜ,
gevestigd te Tallinn, Estland,
10. [verweerder 10] ,
wonende te [plaats] , Litouwen,
VERWEERDERS in cassatie,
niet verschenen,
11. [verweerder 11] ,
wonende te [plaats] , Litouwen,
VERWEERDER in cassatie,
hierna: [verweerder 11] ,
advocaat: D.M. de Knijff.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikkingen in de zaak 200.336.928/01 OK van de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam van 14 september 2020, 17 september 2020, 3 februari 2021, 26 april 2022, 24 oktober 2022, 14 november 2022, 28 november 2023 en 12 september 2024.
Bertona heeft tegen de beschikking van het hof van 12 september 2024 beroep in cassatie ingesteld.
TAF en [verweerder 11] hebben afzonderlijk een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De overige verweerders hebben geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal B.F. Assink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt Bertona in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van TAF begroot op € 873,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris en aan de zijde van [verweerder 11] begroot op € 361,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren T.H. Tanja-van den Broek, als voorzitter, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, S.J. Schaafsma en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op
3 oktober 2025.