ECLI:NL:HR:2025:1007

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 juli 2025
Publicatiedatum
26 juni 2025
Zaaknummer
23/04285
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot doodslag door schoten op bestuurder van auto in Velsen-Noord

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam, waarin de verdachte is veroordeeld voor poging tot doodslag. De feiten van de zaak dateren uit 2021, toen de verdachte op 6 meter afstand drie schoten loste op de bestuurder van een auto in Velsen-Noord. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad heeft dit oordeel bevestigd zonder verdere motivering. De beslissing van de Hoge Raad is op 1 juli 2025 uitgesproken, waarbij het beroep van de verdachte werd verworpen.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer23/04285
Datum1 juli 2025
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 25 oktober 2023, nummer 23-002790-22, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1990,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft de advocaat J.T.E. Vis bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld.
De advocaat-generaal D.J.C. Aben heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman van de verdachte heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2.Beoordeling van het cassatiemiddel

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer A.L.J. van Strien als voorzitter, en de raadsheren C.N. Dalebout en F. Posthumus, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
1 juli 2025.