Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
7 juni 2024.
Hoge Raad
In deze zaak hebben de Providence Commissarissen, wonende in het Verenigd Koninkrijk, cassatie ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof Amsterdam. De beschikking betrof een verzoek tot vernietiging van de dechargebesluiten en de vaststelling van wanbeleid binnen de ondernemingen Estro Groep B.V., Estro Services B.V. en Estro Kinderopvang B.V. De curator, Wouter Johan Pieter Jongepier, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van deze ondernemingen, heeft verzocht het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten van de Providence Commissarissen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking van het hof. De Hoge Raad heeft daarbij geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de Providence Commissarissen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 355,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris aan de zijde van de curator. De beschikking is openbaar uitgesproken op 7 juni 2024.