Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
5 april 2024.
Hoge Raad
In deze zaak heeft Tinnus Enterprises LLC, gevestigd in Plano, Texas, beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag. Het hof had op 29 november 2022 een arrest gewezen in een geschil over de auteursrechtelijke bescherming van een waterballonvuller. Tinnus betoogde dat de waterballonvuller auteursrechtelijk beschermd is, terwijl de verweerster, een B.V., dit betwistte. De Hoge Raad heeft de klachten van Tinnus over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad oordeelde dat het niet nodig was om te motiveren waarom het oordeel tot stand kwam, aangezien de vragen die Tinnus stelde niet van belang waren voor de ontwikkeling van het recht. Daarnaast heeft de Hoge Raad de proceskostenvergoeding van de verweerster beoordeeld. De verweerster had aanspraak gemaakt op een proceskostenvergoeding op basis van artikel 1019h Rv, maar de Hoge Raad oordeelde dat de zaak als een normale zaak moest worden aangemerkt en dat het maximumtarief voor die categorie redelijk was. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van Tinnus verworpen en hem veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.