Uitspraak
1.Procesverloop
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
23 juni 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 juni 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Presta Meat S.A. en de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor Vlees, Vleeswaren, Gemaksvoeding en PluimveeVlees (VLEP). De zaak betreft de vraag welk recht van toepassing is op de arbeidsovereenkomsten van werknemers die door Presta in Nederland zijn tewerkgesteld. Presta, een in Luxemburg gevestigde onderneming, heeft werknemers ter beschikking gesteld aan Nederlandse bedrijven in de vleesverwerkende industrie. VLEP, een bedrijfstakpensioenfonds, heeft premienota's aan Presta gestuurd, die onbetaald zijn gebleven, wat leidde tot een dwangbevel. De kantonrechter heeft de vordering van Presta afgewezen en de vordering van VLEP toegewezen. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd, maar de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het hof niet voldoende heeft onderzocht of de werknemers de bescherming van het dwingende Nederlandse recht konden verliezen. De Hoge Raad heeft het arrest van het hof vernietigd en de zaak verwezen naar het gerechtshof 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. De Hoge Raad heeft ook VLEP veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.