Uitspraak
1.Procesverloop
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
16 juni 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 juni 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over een huurovereenkomst tussen [eiser] en Snackbar Royal c.s. De kwestie draait om de vraag of een betalingsachterstand in de huurtermijnen van januari tot en met november 2018 de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. Snackbar Royal c.s. heeft de huurtermijnen niet tijdig betaald en stelt dat de omstandigheden zodanig zijn dat de tekortkoming niet leidt tot ontbinding. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken, waaronder een vonnis van de kantonrechter en een arrest van het gerechtshof Amsterdam, en concludeert dat het hof in zijn oordeel voldoende rekening heeft gehouden met de omstandigheden van de zaak.
De Hoge Raad oordeelt dat het hof niet onbegrijpelijk heeft geoordeeld dat de tekortkoming van Snackbar Royal c.s. gezien haar geringe betekenis de ontbinding en de gevolgen daarvan niet rechtvaardigt. De omstandigheden die Snackbar Royal c.s. aanvoeren, zoals de eerdere huurbetalingen aan een derde partij en de twijfels over de mogelijkheid om bevrijdend te betalen aan [eiser], zijn door het hof voldoende gewogen. De Hoge Raad verwerpt het beroep van [eiser] en veroordeelt hem in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Snackbar Royal c.s. zijn begroot op € 2.555,--, vermeerderd met wettelijke rente indien niet tijdig betaald.