ECLI:NL:HR:2023:526

Hoge Raad

Datum uitspraak
11 april 2023
Publicatiedatum
31 maart 2023
Zaaknummer
22/00048
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van een arrest van het gerechtshof Amsterdam inzake winkeldiefstallen en diefstal met geweld

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 april 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam, dat op 5 januari 2022 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1978, die in cassatie is gegaan tegen een eerdere uitspraak van het hof. De verdediging, vertegenwoordigd door de advocaten R.J. Baumgardt, P. van Dongen en S. van den Akker, heeft een cassatiemiddel ingediend, waarin werd geklaagd over het ontbreken van bewijsmiddelen in het door het hof bevestigde vonnis van de rechtbank. De advocaat-generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot vernietiging van de uitspraak van het hof en terugwijzing van de zaak naar het hof Amsterdam voor een nieuwe behandeling.

De Hoge Raad heeft de klacht van de verdediging gegrond verklaard. De redenen voor deze beslissing zijn uiteengezet in de conclusie van de advocaat-generaal. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de aanvulling van het hof met bewijsmiddelen, die na de indiening van het dossier zijn opgemaakt, niet in cassatie kan worden meegenomen. Dit betekent dat de bewezenverklaring van het hof niet voldoet aan de wettelijke eisen, omdat de benodigde bewijsmiddelen ontbreken. De Hoge Raad heeft daarom de uitspraak van het hof vernietigd en de zaak terugverwezen naar het gerechtshof Amsterdam, zodat deze opnieuw kan worden berecht en afgedaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/00048
Datum11 april 2023
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 5 januari 2022, nummer 23-001164-21, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben R.J. Baumgardt, P. van Dongen en S. van den Akker, allen advocaat te Rotterdam, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De advocaat-generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot vernietiging van de uitspraak van het hof en tot terugwijzing van de zaak naar het hof Amsterdam, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel klaagt onder meer dat de gebruikte bewijsmiddelen ontbreken in het (deels) door het hof bevestigde vonnis van de rechtbank en dat het vonnis evenmin met bewijsmiddelen is aangevuld.
2.2
De klacht is gegrond. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal. Dat brengt mee dat bespreking van het restant van het cassatiemiddel niet nodig is.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- wijst de zaak terug naar het gerechtshof Amsterdam, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren C. Caminada en T. Kooijmans, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
11 april 2023.