Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
24 maart 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 maart 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende een verzoek van de man om de partneralimentatie op nihil te stellen. De man, die in cassatie is gegaan, heeft zijn verzoek ingediend na een eerdere beschikking van het gerechtshof Den Haag. De vrouw, de verweerder in cassatie, is niet verschenen en heeft geen verweerschrift ingediend. De advocaat van de man, J.C. Zevenberg, heeft gereageerd op de conclusie van de Advocaat-Generaal G. Snijders, die tot verwerping van het cassatieberoep strekte.
De Hoge Raad heeft de klachten van de man over de beschikking van het hof beoordeeld. De Hoge Raad concludeert dat de klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking van het hof. Het is niet nodig om de redenen voor dit oordeel verder te motiveren, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van de man verworpen, waarmee de eerdere beslissingen van de lagere rechters in stand blijven. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock.