Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
3.Beslissing
21 maart 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 maart 2023 uitspraak gedaan in een cassatieberoep tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. Het beroep is ingesteld door de verdachte, die in 2019 in Roosendaal vanuit een rijdende auto meerdere malen met een vuurwapen heeft geschoten in de richting van een andere rijdende auto. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld en de procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen om een advies uit te brengen. Na beoordeling van de ingediende klachten is de Hoge Raad tot de conclusie gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren, zoals voorzien in artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. Het arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg.