ECLI:NL:HR:2023:305
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Gerechtshof Den Haag over naheffingsaanslag parkeerbelasting gemeente Delft
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 februari 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof Den Haag, gedateerd 17 maart 2022. De zaak betreft een beroep in cassatie van belanghebbende, vertegenwoordigd door I.N.D.J. Rissema, tegen een naheffingsaanslag in de parkeerbelasting die was opgelegd door de gemeente Delft. De Rechtbank Den Haag had eerder in deze kwestie geoordeeld, met zaaknummer SGR 20/4734, waarna belanghebbende in hoger beroep ging bij het Gerechtshof.
De Hoge Raad heeft de klachten van belanghebbende over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De Hoge Raad concludeerde dat de klachten niet konden leiden tot vernietiging van de uitspraak van het Gerechtshof. Het was niet nodig om de redenen voor dit oordeel verder te motiveren, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang waren voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie.
Daarnaast heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond verklaard, waarmee de uitspraak van het Gerechtshof in stand blijft.