Uitspraak
1.Procesverloop
De advocaat van Esperaza heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
8 december 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 december 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van Esperaza Holding B.V. tegen een beschikking van de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam. De beschikking waartegen cassatie is ingesteld, betreft een verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen in het faillissement van Exem Energy B.V. en aanverwante vennootschappen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere beschikking van de ondernemingskamer van 26 januari 2023, waarin de feiten en het procesverloop zijn uiteengezet. Esperaza heeft beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking, terwijl de verweerders in cassatie, Exem c.s., hebben verzocht het beroep te verwerpen. De curatoren c.s. hebben geen verweerschrift ingediend.
De Advocaat-Generaal B.F. Assink heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, waarop de advocaat van Esperaza schriftelijk heeft gereageerd. De Hoge Raad heeft de klachten van Esperaza over de beschikking van de ondernemingskamer beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en Esperaza veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Exem c.s. zijn begroot op € 857,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan. De kosten aan de zijde van de curatoren c.s. zijn begroot op nihil.