ECLI:NL:HR:2023:1509

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 november 2023
Publicatiedatum
2 november 2023
Zaaknummer
22/03684
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over renteswaps en zorgplicht in financieel recht

In deze zaak, geregistreerd onder nummer 22/03684, heeft de Hoge Raad op 3 november 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen ShoppingParks B.V., Duet B.V. en Terzetmus B.V. (hierna gezamenlijk aangeduid als ShoppingParks c.s.) en Coöperatieve Rabobank U.A. (hierna Rabobank). De eisers, vertegenwoordigd door hun advocaat J.P. Heering, hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam, dat op 5 juli 2022 werd gewezen. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Amsterdam van 23 oktober 2019 en 26 februari 2020, alsook naar het arrest van het hof. De advocaat van Rabobank, J.W.M.K. Meijer, heeft een verweerschrift ingediend.

De Hoge Raad heeft de klachten van ShoppingParks c.s. over het arrest van het hof beoordeeld. De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal M.H. Wissink was dat het cassatieberoep moest worden verworpen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest van het hof. Dit oordeel is niet gemotiveerd, omdat het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.

In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en ShoppingParks c.s. veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Rabobank zijn begroot op € 14.229,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer22/03684
Datum3 november 2023
ARREST
In de zaak van
1. SHOPPINGPARKS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. DUET B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
3. TERZETMUS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
EISERESSEN tot cassatie,
hierna: ShoppingParks c.s.,
advocaat: J.P. Heering,
tegen
COÖPERATIEVE RABOBANK U.A.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: Rabobank,
advocaat: J.W.M.K. Meijer.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de vonnissen in de zaak C/13/661811 / HA ZA 19-195 van de rechtbank Amsterdam van 23 oktober 2019 en 26 februari 2020;
b. het arrest in de zaak 200.283.368/01 van het gerechtshof Amsterdam van 5 juli 2022.
ShoppingParks c.s. hebben tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld. Rabobank heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, voor ShoppingParks c.s. mede door G.J. Standhardt, en voor Rabobank mede door W.P.J. van Keulen.
De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van ShoppingParks c.s. heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt ShoppingParks c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Rabobank begroot op € 14.229,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien ShoppingParks c.s. deze niet binnen veertien dagen na heden hebben voldaan.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren T.H. Tanja-van den Broek, als voorzitter, A.E.B. ter Heide en G.C. Makkink, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op
3 november 2023.