ECLI:NL:HR:2023:1397
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard wegens duidelijke niet-slagingskans
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 6 oktober 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, aangeduid als [X]. Dit beroep was gericht tegen een uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland van 31 januari 2023, met nummer UTR 21/3903-V, die op haar beurt betrekking had op een verzet tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank van 3 mei 2022. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en vastgesteld dat de klachten over de uitspraak van de Rechtbank niet voldoende waren om het beroep te doen slagen. De procureur-generaal bij de Hoge Raad kreeg de gelegenheid om een advies uit te brengen, maar de Hoge Raad concludeerde dat het cassatieberoep duidelijk niet kon slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren, zoals toegestaan onder artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. Tevens heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Het arrest is openbaar uitgesproken op 6 oktober 2023.