ECLI:NL:HR:2023:1321
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Centrale Raad van Beroep inzake Algemene Kinderbijslagwet
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 september 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, vertegenwoordigd door J. Ruijs, tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 30 september 2022. De Centrale Raad van Beroep had eerder uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de Rechtbank Amsterdam, die betrekking had op een besluit van de Sociale Verzekeringsbank ingevolge de Algemene Kinderbijslagwet. De Hoge Raad heeft de klachten van belanghebbende over de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep beoordeeld, maar heeft geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft ook geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond verklaard.