ECLI:NL:HR:2023:1280

Hoge Raad

Datum uitspraak
22 september 2023
Publicatiedatum
21 september 2023
Zaaknummer
23/02054
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de eisen aan medische verklaringen in het kader van de Wvggz en de rol van onafhankelijke psychiaters

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 september 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van de betrokkene, die in beroep was gegaan tegen een beschikking van de rechtbank Overijssel. De rechtbank had op 24 februari 2023 een beschikking gegeven in een zaak betreffende de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De betrokkene, vertegenwoordigd door advocaat M.E. Bruning, heeft cassatie ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank, waarbij de officier van justitie in het arrondissement Oost-Nederland als verweerder betrokken was, maar niet verschenen is. De Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep.

De Hoge Raad heeft de klachten van de betrokkene over de beschikking van de rechtbank beoordeeld. De kern van de zaak betreft de vraag of aan de eisen voor medische verklaringen, zoals gesteld in de Wvggz, is voldaan. Specifiek werd de vraag behandeld of een onafhankelijke psychiater die de betrokkene heeft onderzocht, kan instemmen met de inhoud van een medische verklaring die is opgesteld door een niet-onafhankelijke psychiater. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten van de betrokkene niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking van de rechtbank. Het was niet nodig om te motiveren waarom dit oordeel is gegeven, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.

De Hoge Raad heeft uiteindelijk het beroep van de betrokkene verworpen, waarmee de beschikking van de rechtbank in stand blijft. Deze uitspraak benadrukt de strikte eisen die aan medische verklaringen worden gesteld in het kader van de Wvggz en de rol van onafhankelijke psychiaters in dit proces.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer23/02054
Datum22 september 2023
BESCHIKKING
In de zaak van
[betrokkene],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: betrokkene,
advocaat: M.E. Bruning,
tegen
OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT OOST-NEDERLAND,
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de officier van justitie,
niet verschenen.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/08/292645 / FA RK 23-547 van de rechtbank Overijssel van 24 februari 2023.
Betrokkene heeft tegen de beschikking van de rechtbank beroep in cassatie ingesteld.
De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van betrokkene heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van de rechtbank beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren C.H. Sieburgh, als voorzitter, H.M. Wattendorff en K. Teuben, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op
22 september 2023.