ECLI:NL:HR:2022:912

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 juni 2022
Publicatiedatum
21 juni 2022
Zaaknummer
22/00926
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Herziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een strafzaak inzake medeplegen en poging tot afdreiging

Op 21 juni 2022 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een herzieningsaanvraag van een eerder arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De aanvrager, vertegenwoordigd door advocaat R. Mahovic, was eerder veroordeeld voor medeplegen van afdreiging en poging tot afdreiging tot een gevangenisstraf van achttien maanden. De aanvraag tot herziening was gebaseerd op de stelling dat medeverdachten betrokken waren bij de poging tot afdreiging waarvoor alleen de aanvrager was veroordeeld. De Hoge Raad overwoog dat, zelfs als deze stelling feitelijk juist zou zijn, dit niet zou leiden tot een van de in artikel 457 lid 1, aanhef en onder c, van het Wetboek van Strafvordering genoemde beslissingen. De Hoge Raad verduidelijkte dat de aanvraag niet kon slagen omdat de betrokkenheid van medeverdachten niet automatisch leidt tot een lagere strafbepaling. De Hoge Raad concludeerde dat de aanvraag kennelijk ongegrond was en wees deze af.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/00926 H
Datum21 juni 2022
ARREST
op een aanvraag tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 12 maart 2021, nummer 20-003278-16, ingediend door R. Mahovic, advocaat te Maastricht,
namens
[aanvrager] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1963,
hierna: de aanvrager.

1.De uitspraak waarvan herziening is gevraagd

Het hof heeft de aanvrager veroordeeld voor medeplegen van afdreiging en poging tot afdreiging tot een gevangenisstraf van achttien maanden.

2.De aanvraag tot herziening

De aanvraag tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

3.Beoordeling van de aanvraag

3.1
Als grondslag voor een herziening kan, voor zover hier van belang, volgens artikel 457 lid 1, aanhef en onder c, van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) alleen dienen een met stukken onderbouwd gegeven dat bij het onderzoek op de terechtzitting aan de rechter niet bekend was en dat het ernstige vermoeden wekt dat indien dit gegeven bekend zou zijn geweest, het onderzoek van de zaak zou hebben geleid hetzij tot een vrijspraak van de gewezen verdachte, hetzij tot een ontslag van alle rechtsvervolging, hetzij tot de niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie, hetzij tot de toepassing van een minder zware strafbepaling.
3.2
In de aanvraag wordt aangevoerd dat de medeverdachten van de aanvrager betrokken waren bij de poging tot afdreiging waarvoor alleen de aanvrager is veroordeeld. Ook wanneer dit feitelijk juist zou zijn, zou dat hooguit kunnen leiden tot bijvoorbeeld het oordeel dat de aanvrager het feit tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd, maar niet tot een van de hiervoor onder 3.1 genoemde beslissingen. Voor zover de aanvraag betoogt dat het hof aan de aanvrager een lagere straf zou hebben opgelegd indien het met de betrokkenheid van de medeverdachten bekend was geweest, kan de aanvraag – nog daargelaten dat het hof bekend is geweest met de inhoud van de stukken die ten grondslag zijn gelegd aan de aanvraag – al niet slagen omdat onder “een minder zware strafbepaling” in de zin van artikel 457 lid 1, aanhef en onder c, Sv moet worden verstaan een strafbepaling die een minder zware straf bedreigt. De oplegging door de rechter van een andere (minder zware) sanctie of het achterwege laten van de oplegging van een sanctie valt daar niet onder.
3.3
De aanvraag is, gelet op wat hiervoor is overwogen, kennelijk ongegrond.

4.Beslissing

De Hoge Raad wijst de aanvraag tot herziening af.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren A.E.M. Röttgering en M. Kuijer, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
21 juni 2022.