Aan de verdachte is bij inleidende dagvaarding tenlastegelegd dat:
“1.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2011 tot en met 6 juni 2012 te Amsterdam, [plaats] en/of [plaats], althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, en/of alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- een of meer brieven op naam van [A] BV en/of
- een of meer betaalverzoeken van de HR RP van ING Nederland te Amsterdam,
- (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen - valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of vervalst, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) valselijk
- een verzoek en/of melding tot het betalen van de schadeloosstelling en/of ontslagvergoeding aan [betrokkene 4] (van een bedrag van 95.415,00 euro), over te maken op de derdengeldenrekening van Notariskantoor [C] B.V. te [plaats] opgemaakt en/of ingediend en/of ondertekend en/of
- een verzoek en/of melding tot het betalen van de schadeloosstelling en/of
ontslagvergoeding aan [betrokkene 5] (van een bedrag van 220.236,00 euro) over te maken op de derdengelden van Notariskantoor [C] B.V. te [plaats] opgemaakt en/of ingediend en/of ondertekend en/of
- een verzoek en/of melding tot het betalen van de schadeloosstelling en/of ontslagvergoeding aan [betrokkene 6] (van een bedrag van 166.102,00 euro) over te maken op de derdengeldenrekening van Notariskantoor [D] te [plaats] opgemaakt en/of ingediend en/of ondertekend,
zulks (telkens) met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
(...)
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2011 tot en met 6 juni 2012, te [plaats] en/of [plaats], althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen en/of een ander, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft/hebben gemaakt, immers heeft/hebben hij, verdachte en/of zijn mededader(s) van (een) voorwerp(en), te weten meerdere geldbedragen (te weten; 95.415,00 euro, 220.236,00 euro en/of 166.102,00 euro) en/of goederen, de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing verborgen en/of verhuld, althans heeft/hebben hij en/of zijn mededader(s) verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op (een) voorwerp(en), te weten genoemde geldbedragen en/of goederen, was/waren of wie bovenomschreven voorwerp(en), te weten genoemde geldbedragen en/of goederen, voorhanden had(den), terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en) dat dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf.”