ECLI:NL:HR:2021:450

Hoge Raad

Datum uitspraak
26 maart 2021
Publicatiedatum
25 maart 2021
Zaaknummer
20/01971
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over kinderalimentatie en terugbetalingsverplichting

In deze zaak heeft de vrouw, wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen de beschikking van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De vrouw verzocht om een verlaging van de kinderalimentatie met terugwerkende kracht, alsook om een terugbetalingsverplichting en verrekening met toekomstige alimentatietermijnen. De man, wonende te [woonplaats], is niet verschenen en heeft geen verweerschrift ingediend. De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers gevolgd, die strekte tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft op 26 maart 2021 besloten het beroep te verwerpen.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer20/01971
Datum26 maart 2021
BESCHIKKING
In de zaak van
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
hierna: de vrouw,
advocaat: R.K. van der Brugge,
tegen
[de man],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de man,
niet verschenen.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
de beschikking in de zaak C/02/348564 / FA RK 18-4431 van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 19 april 2019;
de beschikking in de zaak 200.260.434/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 9 april 2020.
De vrouw heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De man heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van de vrouw heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, F.J.P. Lock en A.E.B. ter Heide, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op
26 maart 2021.