ECLI:NL:HR:2021:1694
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard door Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 november 2021 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, aangeduid als [X] te [Z]. Het beroep was gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 maart 2021, met nummer 20/00290. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van het Hof niet kunnen slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren, zoals toegestaan onder artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft ook de proceskosten in deze zaak beoordeeld en heeft geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Dit betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. De beslissing van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken en is genomen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, samen met de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in aanwezigheid van de waarnemend griffier F. Treuren.