Uitspraak
gevestigd te [vestigingsplaats],
gevestigd te Arnhem,
2.Uitgangspunten en feiten
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
29 oktober 2021.
Hoge Raad
In deze zaak heeft [eiseres] B.V. cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam, waarin een vordering van Liander N.V. tot schadevergoeding werd toegewezen. De schade was ontstaan door het heien van een funderingspaal, waarbij een middenspanningskabel van Liander werd beschadigd. De Hoge Raad oordeelt dat [eiseres] onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de ligging van de kabels, ondanks dat zij voorafgaand aan de werkzaamheden een KLIC-melding had gedaan en tekeningen van Liander had ontvangen. De Hoge Raad bevestigt dat de zorgplicht van de grondroerder niet beperkt kan worden tot de directe locatie van de werkzaamheden, maar dat deze zich uitstrekt tot het gehele graafprofiel en een zone van 1,50 meter eromheen. Het hof had terecht geoordeeld dat [eiseres] niet voldeed aan deze zorgplicht, en dat de vordering van Liander terecht was toegewezen. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep en veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie.